maandag 24 maart 2008

spotten is een kunst

Spotten bij het boulderen in de hal is relatief makkelijk en meestal nauwelijks nodig. Er ligt in de hal een superdikke valmat, die, niet onbelangrijk, over een groot oppervlak is uitgespreid. Als de klimmer valt, hoef je niet veel meer te doen dan een duwtje geven in de richting van rechtop blijven, of een duwtje uit de richting van de rand van de mat.

Bij het buiten boulderen is dat anders. Een crashpad is in de regel klein, want je wilt het goed mee kunnen nemen. Daardoor is het meestal kleiner dan alle mogelijke plekken waar je neer kunt komen... Als wat angstige klimmer wil ik dus graag een beetje leuk gespot worden, maar als niet zo ervaren spotter weet ik ook dat spotten moeilijker is dan het op het eerste gezicht lijkt.

spottenIk heb het spotten vooral geleerd door al die keren dat het eigenlijk niet helemaal goed ging. De regel 'duimen naast je vingers' kreeg voor mij pas echt betekenis toen er een keer een vallende klimmer pijnlijk tegen mijn inderdaad toch niet echt naast mijn vingers staande linkerduim aan viel. Ik leerde pas de meest handige actie kennen, doordat de klimmer een paar keer min of meer tegen mijn armen aan was gevallen en het enige dat ik in de korte tijd die mij restte nog kon doen, was de val breken en meebewegen in de valrichting. Dat is soms de goede richting, maar niet altijd, afhankelijk van de plek van het crashpad. Nu kan ik, dankzij die ervaring, al wat beter anticiperen op de kracht en richting die ik zal moeten gaan gebruiken, mocht er een voet wegglippen.

Vandaag vond ik op planetfear.com een heel duidelijk en overzichtelijk artikel over spotten. Er worden onder andere genoemd waar het spotten op gericht zou moeten zijn en dat lijkt me een grote hulp bij het ontdekken van de (on-)mogelijkheden van het spotten, naast gewoon ervaring opdoen met vallende (springende) boulderaars.

woensdag 19 maart 2008

cpc-loop

Vorig jaar rond deze tijd liep ik een rondje hard, om te kijken of ik de 2,5 kilometer vol zou houden die ik met mijn klas zou gaan lopen tijdens de CPC. Twintig minuten deed ik in dat 'trainingsrondje' over 2,5 kilometer, lees ik.

Ondanks dat ik toen nog dacht dat ik het hardlopen niet vol zou gaan houden, is het me, met wat weekjes pauze, toch gelukt om het tot eind november vol te houden. Twee maanden later, in januari, kreeg ik ineens de geest en trok op een avond de stoute schoenen weer aan voor een kort rondje van nog geen vier kilometer. Dat rondje pakte goed uit, maar het volhouden van de trainingsdiscipline niet, want het was tevens het laatste rondje dat ik liep, voordat ik afgelopen zaterdagochtend aan de start stond van de vijf kilometer recreatieloop tijdens de CPC.

Ik was wel een beetje bang dat het niets zou worden, maar ik nam me voor om een rustig 'inlooptempo' te blijven lopen en richtte me op een tijd binnen de veertig minuten. Beide is gelukt. Het lopen ging uitstekend, het voelde alsof ik nog wel wat verder had gekund en ik finishde tot mijn eigen verbazing in 34.32 minuten!

Het wordt weer lente, dus nu volhouden. Die 10 kilometer ligt voor het grijpen...

dinsdag 18 maart 2008

het is maar een expeditie

"Het is maar een expeditie, hoor", zegt Menno Boermans (in een artikel in de Volkskrant). In vergelijking met wat er gaande is in Tibet is dat natuurlijk waar, maar als je ergens een lange tijd naar toe werkt, moet het toch wel even slikken zijn wanneer het allemaal mogelijk niet doorgaat. Voor wie het wil volgen is hier de website van de Nederlandse Shisha Pangma Expeditie.

zondag 16 maart 2008

how to convince mum...

Van de week was er een leuk draadje gaande op het prikbord van ukclimbing: how to convince mum that climbing is save? Red Rover vroeg om tips om mum ervan te overtuigen dat klimmen echt veilig was, want zijn aanpak werkte niet.

Ik vond al meteen dat hij een verstandig mum heeft. Mum begrijpt dat klimmen niet veilig is: je begeeft je op meer dan drie meter boven de grond, in de meeste gevallen op veel meer dan drie meter boven de grond en er staat geen hekje omheen.

Ik ben begonnen met klimmen toen mijn eigen mam er al bijna vier jaar niet meer was om mij in de gaten te houden. Ik denk dat zij net zo gereageerd zou hebben als de moeder van Red Rover. "Kind, pas je wel op?" "Ooh, zo eng, zorg je wel dat je niet valt?" "Is dat wel veilig?", ik heb het haar allemaal in mijn hoofd horen vragen en ik hoefde gelukkig geen antwoord te geven, want wie weet wat ik dan voor bagatelliserende antwoorden gegeven had. Ik kon, zonder mijn moeder te hoeven overtuigen, langzamerhand de grenzen van mijn sport verkennen en leren omgaan met de risico's die er aan gepaard gaan.

Wat mijn moeder uiteindelijk over de streep zou hebben getrokken, zou waarschijnlijk geweest zijn, dat ze had gemerkt wat het klimmen voor mij betekent en dat ze weet dat ik geen waaghals ben.

Of dat laatste overigens echt een voordeel is in de klimsport, daar ben ik nog niet helemaal uit...

dinsdag 11 maart 2008

meer grotten


Grotten is:
-Spierpijn krijgen op plekken waarvan je echt nooit vermoed had dat er spieren zaten
-Blauwe plekken krijgen op plekken waar een vertrouwensarts nog van zou gaan blozen
-Viezer worden dan je vroeger in de zandbak ooit geworden bent

Op conditioneel gebied is een bezoek aan een grot een milde vorm van bergwandelen. We maakten beide dagen een tocht van een uur of vijf. Aangezien je een groot deel van de tijd aan het klauteren of schuiven bent, omhoog of omlaag aan het lopen, aan het klettersteigen of abseilen, heb je wel een beetje conditie nodig. Daar daar leek ik dit jaar wel voldoende van te hebben: beide dagen had ik, toen we weer buiten stonden, het gevoel nog wel een tijdje door te kunnen.

Nu moet ik zeggen dat ik ondergronds gaan ook wel een fascinerende bezigheid vind, dus wellicht maakte mijn enthousiasme dat ik mijn vermoeidheid niet voelde. Het is tenslotte ook wel zo prettig wanneer je aan het einde van de dag nog energie over hebt om een maaltijd in elkaar te zetten.

maandag 10 maart 2008

instructie

Gisteren liep ik voor het eerst instructiestage, twee leuke en gemotiveerde cursisten werden aan mij (en mijn begeleider) toevertrouwd en het instructie geven was niet moeilijk, want ze waren echt (vrijwel) helemaal onbekend met klimmen en zekeren.

Hoe ik dingen over moet brengen is mij niet onbekend, maar wat ik op welk moment kan gaan doen wat betreft kliminstructie, dat is wel iets waar ik ervaring mee mis; het lijkt mij daarom nog lastig om uit de veelheid van stof precies dat te pakken dat in de gegeven situatie handig is. Gisteren ging dat eigenlijk helemaal niet onaardig. Dat kwam vast ook doordat het nieuwe instructeurstraject gekoppeld is aan een gestructureerde leerlijn, waar je dus houvast aan hebt. Zoals ik al zei: het lijkt wel of ik terug ben op de lerarenopleiding!

zaterdag 8 maart 2008

lekker in je vel

Klimmen is een mentale sport, dat weten alle klimmers. Je hebt kracht nodig, natuurlijk. Uithoudingsvermogen, evenwichtsgevoel, allemaal waar. Maar wanneer het tussen de oren niet lekker zit, wanneer angst een te grote rol gaat spelen, of wanneer je niet lekker in je vel zit, wil het niet.

In het reisblog van klimster Roos beschrijft zij een voorval van vorige week, dat wel heel duidelijk maakt hoezeer het 'lekker in je vel zitten' in directe relatie staat met je klimprestaties en dat het daarbij niet uitmaakt of de oorzaak van het psychische welbevinden (of het ontbreken daarvan) wel of niet iets met klimmen te maken heeft.

Met mijn psychisch welbevinden gaat het alweer een stuk beter dan vóór de vakantie. Ik ben weer aan het opbouwen in plaats van aan het opgebruiken, een fijn gevoel. Maar bij het klimmen merk ik goed, dat ik er nog niet helemaal ben. Ik was wel voortvarend bezig, dat moet gezegd, in de ene 6b na de andere. Dat klinkt heel veelbelovend, maar ik vertel er dan meteen maar eerlijk bij, dat ik in geen enkele route verder ben gekomen dan boulderhoogte... Zelfs in een bekende 6a, waarmee ik mijn geploeter aan het einde van de avond wilde goedmaken, kwam ik, vermoeid als ik inmiddels was, ook niet hoger dan twee meter.

En wat ging er nu niet goed? Het voetenwerk en het vinden van de juiste de balans. Ik moest telkens opnieuw veel aandacht inzetten om te zorgen dat ik mijn voeten op de juiste manier gebruikte, mijn zwaartepunt op de meest handige plek kreeg en mijn armen ontspande. Duidelijk een gevalletje 'te veel spanning in mijn bovenlichaam', duidelijk een gevalletje 'nog iets beter in je vel moeten komen te zitten'.

Heb ik nu een slecht gevoel over de avond, of heeft mijn zelfvertrouwen een enorme deuk gekregen? Nee, helemaal niet. Hoewel... dat laatste misschien een beetje... Maar al mijn geworstel zal uiteindelijk zoden aan de dijk zetten. Alleen nu nog even niet :-)

© foto: REmy

vrijdag 7 maart 2008

bas op zolder



Er is nog meer te zien van de boulderzolder: hier is Bas zelf op weg naar de groene eindgreep.

donderdag 6 maart 2008

foto's

(Deze posting verscheen oorspronkelijk op mijn blog bij de nkbv en de hieronder genoemde (en inmiddels ook opgeloste) uitlijnproblemen zijn dus van toepassing op dat blog)

boulderzolder van BasBas vroeg mij vandaag via dit blog of er wat meer foto's op konden. Dat is wel toevallig, want gisteren kwam dezelfde vraag in mijzelf op. Dat had twee aanleidingen. De eerste was, dat ik aan het afwegen was, of ik op de speleofoto's ging wachten voor ik erover ging schrijven op het blog, of niet. Die afweging is uitgevallen in het voordeel van het schrijven zonder de foto's, maar er volgt zeker nog een stuk wanneer ik foto's heb. De tweede was, dat ik ineens ontdekte dat ik dit juffenblog, juist door het gevarieerde fotomateriaal, een aantrekkelijk blog vind. Zo mooi uitgelijnd als zij het heeft, krijg ik op dit blog natuurlijk niet voor elkaar, sterker nog: ik kan hier helemaal niks uitlijnen (zal wel aan de mac liggen), maar ik ben het met Bas eens: iets meer fotomateriaal kan zeker geen kwaad.

nanske bouldert op zolderAls dank voor de feedback van Bas hierbij een stukje mét foto's en die zijn ook nog eens speciaal voor hem. Hij is namelijk onlangs verhuisd en heeft nu een heuse boulderzolder. Kijk maar.

Een paar weken geleden was ik daar ook, het is echt vet overhangend, zoals je ook al op de foto ziet. Dat maakt dat je je lichaamsspanning echt heel goed in moet zetten, wil je wat voor elkaar krijgen. Gelukkig zitten er flinke bakken, want op de slopers en kleinere greepjes wilde het me nog niet echt lukken.

Update: een beetje html'en doet wonderen: de foto's staan intussen netjes uitgelijnd.

woensdag 5 maart 2008

grotten

Het lijkt een jaarlijkse traditie te gaan worden, want vorig jaar was ik ook rond deze tijd onder de grond. "Volgend jaar maar weer mee", eindigde ik vorig jaar mijn klimlogpostje. Dat had beter kunnen zijn: volgend jaar maar weer doen, want dit jaar heb ik het tripje zelf georganiseerd. Nou ja, wat heet, dat was eigenlijk een klusje van niks. We huren de expertise namelijk in en daarmee ook het grootste stuk van de organisatie. Eigenlijk zorgde ik er alleen voor dat iedereen op tijd de informatie kreeg die nodig was en deed ik wat PR, of beter gezegd: DR - Deelnemers Ronselen.

Onder de grond zijn is een bijzondere bezigheid. Het is zeker zo leuk als klimmen, maar het is ook heel anders. Onder de grond loop je op een plek die er normaal gesproken niet is voor mensen. De wereld in de grot leidt een geheim bestaan, een bestaan dat er even mag zijn doordat onze lampjes er zijn, doordat wij onze oren de kost geven en doordat de rotsen letterlijk tastbaar om ons heen zijn, maar zodra wij verdwenen zijn, een volgende gang in of weer terug naar buiten, is dat bestaan weer onzichtbaar.

Een grot wordt eigenlijk vooral door water bepaald. Water stroomt er naar binnen en verandert onder de grond langzaam of sneller datgene wat we zien wanneer wij er ook binnengaan. De wandeling door de grot gaat over paden die het water heeft aangelegd en de mooie sculpturen die binnenin de grot te zien zijn, worden gevormd doordat het water ervoor zorgt dat zich druipstenen kunnen afzetten in de mooiste formaties.

Ik heb ook dit keer weer genoten van het even mogen bezoeken van die bijzondere wereld. Ik heb genoten van de druipsteenformaties, van het abseilen door het water, van het schuiven en kruipen door nauwe gangen, van het klauteren door ondergrondse beekbeddingen, van het fysiek bezig zijn, van de tijdloosheid in de grot en van het gezelschap. Volgend jaar (of eerder?) weer...