maandag 30 november 2009

jarig

Morgen ben ik jarig. Ik ga lekker uit eten met een meer dan goede vriendin en tja, dus niet klimmen. Hmm. Soms zou ik wel willen dat er twee dingen op dezelfde tijd kunnen.

Mijn verjaardagsgeld gaat naar nieuwe schoentjes, een nieuwe pofzak, een nieuw flesje stic-it, nieuwe klimbroek, nieuwe microfleece en nieuwe kleine klimrugzak. De laatste ben ik vier weken geleden in/bij de klimhal kwijtgeraakt, met de voorgaande items er in. De vinder blijkt geen eerlijke te zijn geweest, want de rugzak is nog steeds niet in zicht.

De schoentjes had ik al drie keer aan gehad. Dat was de pech. Het gelukje was, dat ik vanwege boulderplannen mijn gordel niet had meegenomen.

zaterdag 28 november 2009

boulderen en hardlopen

Onze school kent het fenomeen 'informele ouderavond'. Dit is een ouderavond die georganiseerd wordt door de ouders, bij een van de ouders thuis, iedereen neemt iets te eten of te drinken mee en het wordt altijd erg gezellig. Deze ouderavond was voor mijn klas gisteren en het is natuurlijk ook de bedoeling dat juf haar neus informeel komt laten zien. Maar ja, vrijdagavond, dat is wel mijn klimhalavond, dus ging ik vroeg naar de hal en heb ik nog anderhalf uur kunnen boulderen. De nieuwe ladder start pas zondag, dus het is dan niet de bedoeling dat je uitgebreid gaat werken in boulders. Ik ging daarom voor de kwantiteit en dan ook voornamelijk nog voor de beginpassen. Ik had gelukkig al weer meer lichaamsspanning paraat, ik merkte duidelijk het verschil met een paar vrijdagen geleden. Er werd wel een nieuw ontwikkelpuntje zichtbaar: mijn beenspieren zijn wel eens leniger geweest. En bij passen waarbij ik moest trekken aan een hiel of aan mijn tenen, protesteerde er het een en ander aan de achterkant van mijn dij en in mijn kuit. Stretchen dus maar weer.

Ik zit ook weer in een hardloopfase, ondanks het weer (hoera!). Het gaat nog steeds op en af met mijn hardloopdiscipline, maar sinds mei is er in ieder geval geen maand voorbij gegaan zonder dat ik iets deed. Er lijkt dus toch enig volhouden zichtbaar. Op dit moment is het alleen nog steeds niet genoeg voor die 10 kilometer, want van voortgang in het schema waarop ik loop is weinig sprake. Ik ga volgende keer eindelijk maar eens met de tweede dag van week 6 beginnen. Gelukkig heb ik nog even voordat mijn geplande 10km-loop is.

zaterdag 21 november 2009

klimhalprogressie

reddingsoefeningen met boekje
Het schrijven op het blog was niet het enige dat een beetje uit de routine was geraakt de afgelopen twee maanden; in de klimhal kwam ik ook hooguit nog één keer per week. Daar tussendoor klom ik wel, hoor. Ik ging naar de Ardennen, ik vloog naar Sardinië, ik bezocht het Cima Immink-klimcafe dat georganiseerd was in Klimmuur Centraal en ik was een paar keer te vinden op Monte Cervino in Bergschenhoek, waar ik met een medekandidaat SKI reddingstechnieken uitprobeerde en oefende. Maar in de klimhal bleef menig mooie route door mij onbeklommen.

Helaas is het klimmen op rots duidelijk minder intensief dan klimmen op plastic, om maar te zwijgen van het oefenen van reddingstechnieken, waarbij ik óf lijdzaam in mijn gordel hing, overgeleverd aan de snelheid waarmee M. zijn technieken wist toe te passen, óf in een verder eenvoudige route zelf aan het knutselen was met allerhande touwtjes.

De eerste klimhalsessies na de herfstvakantie merkte ik het meteen: drie weken niet meer op plastic klimmen, na een paar weken onregelmatig klimmen, en weg was het efficient inzetten van lichaamsspanning, weg was mijn coördinatie bij de wat lastiger technieken. En weg was de kleine-greepjes-tolerantie van mijn vingers.

Maar ik ben weer op weg naar beter. Vorige week vrijdag heb ik mezelf vermaakt in het boulderhok in íets te moeilijke boulders, afgelopen dinsdag heb ik vervolgens alleen maar makkelijke vijven heel netjes proberen te klimmen en gisteren heb ik mezelf moe gemaakt in een lange 5c+-overhang, een korte 6a+-overhang en een korte, steile 6b. Ook deze waren, net als de boulders van vorige week, allemaal net iets te moeilijk, maar dat frustreert me helemaal niet meer. Ik weet het intussen: ik moet even geduld hebben (en ik moet de regelmaat volhouden natuurlijk) en over een paar weken bataalt het ploeteren zich wel uit. Binnenkort op dit blog. Als ik de regelmaat ook hier volhoud natuurlijk.

© van de foto: Loek Timmermans

dinsdag 17 november 2009

allerlei

Meer dan 3 weken niks meer geschreven voor het blog, dat is nog niet vaak gebeurd. Je zou bijna gaan denken dat er niets noemenswaardigs gebeurd is, maar niets is minder waar! Ik heb alleen geen tijd gevonden om er ook nog over te schrijven. Op dit moment heb ik die eigenlijk ook niet, maar ik ga het toch doen. Kort. Heel kort. Opsommingskort.

4 oktober: mijn laatste blogpostje. Ik schreef daar al in dat het druk was geweest, te druk om regelmatig te klimmen. Gelukkig is dat na de herfstvakantie beter geworden, die drukte.

10/11 oktober: weekend Freyr met de regio. Twee medeklimmaatjes doen examen SKI3, ik kijk met meer dan gewone belangstelling toe, want vier weken later zak ik aan de beurt zijn. Ondertussen zoek en vind ik weer wat routes die goede diensten zouden kunnen bewijzen tijdens dat examen, ik oefen in een eenvoudige route met nuts en friends en ik voel me voor de derde keer op rij niet meer geïntimideerd door het gebied en zijn rottige makkelijke routes, dat lijkt een blijvertje te zijn, hoera, eindelijk!

17 oktober: vertrek naar Sardinië voor een week klimmen! We reizen met een flinke groep, 13 m/v sterk en zullen de 18e aankomen op het eiland, na een overnachting in Milaan.

18-23 oktober: zes dagen klimmen op superfijne rots op een klimmersparadijselijk eiland. Het weer is redelijk, geen zomer meer, maar over het algemeen droog en eigenijk is het wel lekker dat we niet gebakken worden op de rotsen.

Ik klim vrolijk zessen voor (6a's), geen enkele lukt on-sight, maar ik laat me er ook niet meer door afschrikken. Doorklimmen tot ik er echt uit val durf ik nog niet.

Het mooiste zijn de drie dagen dat ik de kans krijg om multipitches op nuts en friends te klimmen. Allemaal eenvoudige routes (4a, 4b en 3c, in die volgorde), en ik voel de vooruitgang, leuk! Ik hoop hier nog iets uitgebreider over te kunnen schrijven binnenkort.

Iedere dag is er wel iemand die me een of meerdere reddingscasussen voorlegt. Ik voel me niet gerust op dat onderdeel van het examen en probeer zoveel mogelijk situaties tenminste mentaal al te hebben voorbereid. Ik blijf het moeilijk vinden om niet vast te lopen in een eerstgekozen, maar niet zo handige oplossing wanneer ik iets nieuws op te lossen heb, maar standaardsituaties worden zo wel steeds makkelijker.

31 oktober: klimmeeting met Cima Immink, vrouwenklimnetwerk. Het is een van de zeldzame dagen dat ik in de hal klim in deze weken.

7/8 november: eindelijk op voor het examen! Aan de ene kant heb ik er zin in, ik weet wat ik kan en wil dat graag laten zien, aan de andere kant weet ik ook wat ik nog niet zo goed kan en ik voel de onzekerheid: wat willen ze eigenlijk zien, waarop gaan ze letten? Ik ben dit van mezelf gewend bij examensituaties en ik probeer het los te laten, om niet in een self-fullfilling prophecy terecht te komen.

Tijdens de eerste dag lukt dat niet goed. Het zou de makkelijkste dag voor mij moeten zijn, met de focus op instructie, maar ik voel de spanning en vind het moeilijk om overtuigend de rol van instructeur op me te nemen terwijl er naar me gekeken wordt. Er gaat van alles goed, maar er gaat ook het een en ander niet goed en de examinator vind dat ik onvoldoende laat zien overzicht te kunnen hebben over meerdere lesgroepen en de veiligheid goed in de gaten te kunnen houden. Gezakt dus voor dit onderdeel, ondanks dat het lesgeven zelf goed ging (hoe kan het ook anders).

De volgende dag voel ik 's morgens de teleurstelling nog nazinderen, vooral omdat ik in het onderdeel van vandaag vooraf juist het minste vertrouwen had. Ik weet niet eens of ik wel zin heb om de onderdelen van vandaag te gaan doen. Aan de andere kant: wanneer ik vandaag kan slagen, hoef ik maar 1 onderdeel over te doen. Ik vraag aan B. of zij vandaag wil beginnen, zodat ik mezelf een beetje op de rails kan krijgen. Dat blijkt een gouden greep, want tegen de tijd dat ik aan de beurt ben, heb ik al een heel prettige klim-ochtend achter de rug en ben ik inmiddels zo ontspannen, dat ik zelfs het zeepbakje aandurf als route, wie had dat ooit gedacht? Als reddingscasus krijg ik een redelijk eenvoudige standaardsituatie voorgeschoteld, die ik zonder veel problemen afrond. Ik ben inmiddels zo gewend aan de situatie, dat ik het gevoel heb dat ik gewoon een casus aan het oefenen ben.

Al met al had ik gewoon een heel leuke dag, met als toefje op de taart ook nog een positieve uitslag, hoera! Het onderdeel instructie gaat vast lukken de volgende keer, daar heb ik inmiddels wel vertrouwen in.

17 november: dat is vandaag. Blogstilte doorbroken!

zondag 4 oktober 2009

monk 1 jaar

Gisteren vierde Monk Bouldergym zijn eerste verjaardag, je kon er de hele dag boulderen voor een symbolische 1 euro en 's avonds was Chris Sharma uitgenodigd om een lezing te komen geven. Toen we om vier uur aankwamen, was het meteen duidelijk dat er een gezellig feestje aan de gang was, met ondanks de vele mensen een heel relaxte sfeer.

Ik had door omstandigheden (paar dagen ziek geweest en daarnaast een vol programma) al twee weken niet meer geklommen en ik had dus weinig grootse plannen. Toch ging het beter dan ik verwacht had. Meestal ga ik slordig klimmen als ik een tijdje weinig of niets gedaan heb, alsof mijn klimspieren niet meer goed kunnen samenwerken, maar daar merkte ik gisteren helemaal niets van. Misschien kwam dat ook, omdat ik de makkelijke boulders die ik in het begin deed, meteen al als serieus materiaal benaderde, ik was tenslotte 'uit vorm', dacht ik. Daardoor ging ik ze netjes klimmen, in plaats van even snel omhoog om op te warmen voor het betere werk. Ook blijkt afklimmen met zo min mogelijk energieverspilling best een goede oefening in netjes klimmen te zijn. Ik wilde namelijk liever niet afspringen, omdat ik daarvan vaak naderhand last van mijn rug krijg.

Het uit vorm zijn viel dus mee en het duurde dan ook niet lang of ik was de groene boulders zat en begon aan de blauwe en de rode. Je moest deze dag wel vaak even wachten op elkaar bij het boulderen, dat ben ik niet zo gewend in Monk, maar hinderlijk was dat zeker niet: het geeft even rust tussen twee pogingen en het wachten duurde nooit lang.

Voor avondeten was gezorgd, een lekkere Thaise curry, en na nog even uitboulderen in plaats van uitbuiken konden we aanschuiven voor de lezing van Sharma. Zijn voorkomen en optreden straalde aan alle kanten rust uit en het was eigenlijk net alsof hij op een avondje bij vrienden wat aan het vertellen was. Heel relaxed dus. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik niet heel erg onder de indruk was van hoe hij zijn verhaal vertelde. Het ging over wat hem zoal bezighield (klimmen), over wat hij daarnaast erg graag deed (klimmen), over wat hem het makkelijkste af ging (ja, inderdaad, klimmen) en over hoe hij moeilijkheden overwon (door te klimmen). En wat dat laatste betreft, moeilijkheden waren er eigenlijk niet, hooguit lastigheden zoals 'wat nu?' na een afgerond project en 'rond alsjeblieft af dat ding!' bij een project op een afgelegen en niet al te vriendelijke plek in de woestijn. Ik vond het wel erg leuk om deze topklimmer gewoon in Monk te zien rondlopen en natuurlijk vind ik het geen probleem om iemand te horen vertellen over wat hij het liefste doet, zeker als dat aansluit bij wat ik zelf het liefste doe en, niet onbelangrijk, wanneer dat geïllustreerd wordt met foto- en videomateriaal om je vingers bij af te likken!

Het was al met al een geslaagd verjaardagsfeestje en het enige dat ik echt jammer vind, is dat Monk niet naast de deur is. Het feest na afloop hebben we dan ook maar aan ons voorbij laten gaan.

donderdag 1 oktober 2009

arête des papillons

arete de papillons in het avondlichtHet is donderdag 29 juli, elf uur. We zitten, zonder vaste plannen, maar met klimspullen, op het terras van het middenstation van de kabelbaan naar de Aiguille du Midi. Na de leuke, maar niet helemaal ten einde gebrachte tocht van gisteren hebben we uitgeslapen en zijn we hier na het ontbijt neergestreken voor een kop koffie.

Niet iedereen van het vijfkoppige gezelschap heeft zin om vandaag weer een klimtocht te ondernemen, na de snelle acclimatisatie van gisteren. Maar Vincent en ik hebben juist weer weinig zin in een rustdag. Vincent heeft gisteren niet meegeklommen en ik heb na twee weken bergen weinig last van de ijle lucht én ik ga morgen alweer naar huis, dus wij staan juist te trappelen om iets moois te gaan doen op het graniet van het Mont-Blancmassief. De weerberichten die M. ons vanuit het dal stuurt, zijn stabiel en Bas laat in het boekje zijn oog vallen op de Papillonsgraat van de Aiguille du Peigne, de route die we gisteren de hele dag tegenover ons hadden en die eigenlijk als enige in aanmerking komt, omdat we nu niet bepaald een alpine start hebben gemaakt.

Vergeleken bij de Contamine is het een eenvoudige route: voornamelijk vierdegraads klimmen, 5c max (maar die passage is met een touw vergemakkelijkt), 12 touwlengtes en een aanloop over blokkenterrein, in plaats van over sneeuw. Hee, dat lijkt verdacht veel op mijn voorstelling vooraf van mijn eerste alpine klimervaring! Ik ben helemaal voor en zo gaan we om half twaalf met zijn drieën op weg naar de instap van de Arête des Papillons.

We zijn inmiddels een beetje bekend met de omgeving en kunnen de instap gemakkelijk vinden. Het klauteren over de blokken duurt precies lang genoeg om leuk te blijven en dan staan we op een plateautje, waar we ons in kunnen binden. Het is natuurlijk relatief laat, we zien echt helemaal niemand voor ons op deze gewilde rotstour, maar we verwachten deze route, ruim onder ons klimniveau, vlot te kunnen klimmen. We gaan in lopende zekering, met de extra beveiliging van een ti-blocje.

Er hangen wat dunne wolken op onze hoogte rondom de rotsen, maar die houden ook de ergste zonneschijn weg, waardoor de temperatuur lekker aangenaam is. Ik begin met beduidend minder zenuwen dan gisteren te klimmen en merk meteen dat ik gisteren al uitgebreid kennis heb gemaakt met de rotsstructuur, in lastiger omstandigheden. Ik durf mijn voeten overal op te zetten en dat maakt de route gevoelsmatig nog makkelijker dan hij al is. Het adagium 'niet vallen' is gemakkelijk op te volgen.nanske op luchtige arete de papillons

Het is een echte graat-route, bij tijden zeer luchtig, maar dat is niet iets waar ik snel last van heb, dus ik geniet met volle teugen. Mooie rots, een omgeving waar maar weinig mensen zich in begeven en een hele middag gefocused op klimmen, klimmen, klimmen. Het gegeven dat ik me als naklimmer verder niet druk hoef te maken over routeverloop en mentale voorklimspelletjes helpt zeker ook.

We stuiten halverwege op een langzame touwgroep, die naar eigen zeggen te langzaam vordert en al een hele tijd bezig is in de route. Ze hopen zelfs dat ze de lift nog halen. Het is twee uur in de middag, we kunnen ons niet voorstellen dat ze niet op tijd terug zullen zijn (rond half zeven) en dat zeggen we hen ook. Even later halen zij ons weer in, doordat wij een verkeerde inschatting van het routeverloop hebben gemaakt en we nu in plaats van een 5a een 5c-lengte voor ons hebben die we uitzekeren, maar inderdaad blijven ze langzaam, want twee lengtes later halen wij hen voor de tweede keer in. Het is 4 uur, het is nog maar een klein stukje naar het abseil-/abstiegpunt en we vertellen hen nogmaals dat ze het vast wel gaan halen.

Een kwartier later zijn wij aan het einde van de route, veel te snel naar mijn smaak! Je kunt hier op twee manieren naar beneden, rechts van de graat af en links van de graat af. Wij kiezen voor rechts, één keer abseilen en daarna afdalen/afklimmen door een couloir. Het gaat redelijk vlot en niet lang daarna vinden we het pad dat we de beide dagen daarvoor ook al gelopen hebben. Remy en Saskia weten ook dat we daar langs zullen komen en ze lopen ons tegemoet. Om kwart voor zes strijken we weer neer op het terrasje waar we die ochtend vandaan zijn vertrokken. Van de andere touwgroep geen spoor, pas bij het omroepen van de laatste lift zien en horen we ze, op nog zeker een kwartier afstand van het station, maar de inderhaast gewaarschuwde liftmedewerker toont zich onverbiddelijk.

"En, smaakt het naar meer?" Het is weer Saskia die de vraag stelt. Ja, het smaakt naar meer. Een route als vandaag, prettige temperaturen, fijne klimpartners, het beleven van focus op de beweging, van de rots tegen je handen, van basaal 'zijn', dat alles vind ik fantastisch. Maar ik heb in de afgelopen dagen ook de kleine dingen leren kennen die in de Alpen zomaar uit kunnen groeien tot kleine of grote drama's: tijd verkeerd ingeschat (de twee late klimmers konden trouwens met de allerlaatste lift tussen de vuilnisbakken naar beneden), een abseiltouw dat vastzit, verwonding door een steen die losschiet, de route verkeerd gelezen, een discutabele standplaats; allemaal gebeurd. En dan heb ik het nog niet eens over allerlei zaken die we niet zijn tegengekomen dit keer, maar die toch meer dan normaal zijn als je in de bergen bent: een weersomslag, een tuimeling, of materiaal dat in de diepte verdwijnt. Ik weet ook wel dat al die dingen vaak zo zullen aflopen als in de afgelopen dagen, namelijk goed, en ik weet ook dat deze dingen juist zorgen voor dat basale gevoel dat ik zo fijn vind. Maar ik weet niet zeker of ik het mentale spelletje wel aan wil gaan.

© van de foto's: Bas en Vincent

zondag 6 september 2009

reddingstechnieken

Dit weekend staat in het teken van reddingen. Geen echte gelukkig, gisteren en vandaag oefenen we in Bergschenhoek op Monte Cervino reddingstechnieken en -casussen, om tijdens het SKI-examen goed beslagen ten ijs te komen. De Seilrollen-Flaschenzug bleek er eindelijk goed in te zitten. Ik had hem alweer een poos niet meer gedaan, nadat ik hem vorig jaar voorjaar en afgelopen voorjaar een aantal dagen dagelijks oefende aan bijvoorbeeld het keukenkastje, de deurknop, een huishoudtrap en diverse stoelleuningen. En die oefenmomenten waren niet voor niets: ik wist hem nog en ik legde hem ook in een acceptabel tempo. Selbstseilrolle wist ik ook nog (nooit meer geoefend nadat ik hem geleerd had) en de afbindknoop van de halve mastworp ook, alleen was het tempo daar behoorlijk uit, doordat ik niet helemaal zeker wist of hij goed zat (wat hij overigens wel zat).

Ook overige technieken zitten behoorlijk, daarover hoef ik me niet zoveel zorgen te maken. Wat ik wel echt lastig vind, is het beoordelen van een situatie en snel de juiste oplossing vinden. Dat lukt het beste wanneer ik een vergelijkbare situatie al eens aan de hand gehad heb, of in weinig (bekende) stappen naar een bekende situatie toe kan werken. Veel oefenen dus! Het weer was gisteren onverwacht lekker, vandaag ziet het er wat bewolkter uit boven mijn huis; hopelijk klaart het nog wat op.

vrijdag 28 augustus 2009

lichaamsspanning

Ik schreef het al, mijn lichaamsspanning was een beetje weggezakt in de vakantie. Dat merkte ik vooral tijdens het boulderen. Ik heb flink zitten ploeteren in een aantal overhangende- en dakjesboulders, zonder veel succes.

Afgelopen woensdag deed een mede-boulderaarster een poging in één van die boulders. Ze kende de boulder niet en bleef bij de eerste poging steken op de plek die mij in de afgelopen keren bezig had gehouden. Ik wist inmiddels wel hóe ik mijn voeten wilde hebben en wát er moest gebeuren om de 'zwiep' te voorkomen, maar mijn spieren waren nog niet zo ver dat dat laatste ook lukte.

"Ik zet mijn rechtervoet daar en mijn linker..., nee, wacht even, eeh,.... Ik weet het niet meer precies, ik moet hem even doen, dan voel ik het wel weer." Ik stapte op de boulder af en zei verontschuldigend: "Hij lukt nog niet, hoor, ik kan niet voldoende lichaamsspanning opbouwen om mijn voeten te kunnen laten staan."

Mijn voeten wisten inderdaad meteen weer welk treetje ze moesten hebben, ik maakte de beweging en de greep leek wel vijf centimeter dichterbij gekomen te zijn sinds vorige week. Zonder ook maar het minste zwiepje bleef ik netjes hangen tussen de voettree en de greep. Huh?

Zo zie je maar weer, zonder veel succes is lang niet altijd hetzelfde als zonder resultaat :-)

PS: nu is de volgende beweging in die boulder de uitdaging...

donderdag 27 augustus 2009

reel rock film tour 2009

Op 7 november komt de Reel Rock Film Tour weer in Monk. Vorig jaar hadden we daar een heel gezellige dag en ik hoopte dan ook op herhaling dit jaar. Jammer genoeg gaat dat op die datum niet lukken, want ik ben aan het klimmen in België dat weekend. Ook leuk natuurlijk, maar toch wel jammer. Hier vind je de trailer van de Reel Rock Film Tour.

spotten is een kunst 2

Nog maar twee nachtjes slapen en dan gaan we weer Boulderen Aan Zee!

Boulderen staat voor klimmen tot een hoogte waar vandaan een val niet zulke grote gevolgen heeft, dus er wordt bij het boulderen zonder touwen geklommen. Nu zijn er natuurlijk legio gevallen bekend van mensen die een arm of een enkel braken toen ze van een keukentrapje afvielen, dus boulderaars zijn gewaarschuwd en gewaarschuwde mensen zorgen voor een gepolsterde mat op de grond onder hun vallinie.

De eerste twee jaren dat BAZ! werd georganiseerd, beschikte maar een klein gedeelte van de boulders over dikke turnmatten als valmat en daarom werd iedereen geadviseerd om ook eigen crashpads mee te nemen. Gelukkig is dat sinds vorig jaar niet meer nodig en worden er, ik neem aan uit diverse hallen, dikke valmatten aangevoerd om onze ledematen te beschermen.

Bij boulderen horen niet alleen matten, maar ook spotters. De spotter staat op de grond en zorgt dat hij klaarstaat om de klimmer bij een val snel in de juiste richting te begeleiden (dus óp het crashpad en niet ernaast). Bij de grote matten luistert dat niet zo precies (de mat is praktisch overal) en kun je als spotter niet zo heel veel verkeerd doen. Met een klein crashpad is het spotten meer nodig en ook lastiger.

Ruim een jaar geleden schreef ik al een blogje over spotten, onder de titel spotten is een kunst, met een link naar een artikel aan waarin verschillende spottechnieken worden uitgelegd. Twee weken geleden plaatste Rogier van Rijn twee filmpjes op zijn weblog, onder de titel zoek de verschillen.

Spotten ís een kunst, bekijk de filmpjes...

zondag 23 augustus 2009

laatste vakantieweek

Morgen is de schoolvakantie voorbij en ga ik weer beginnen, maar de afgelopen week heb ik nog lekker veel kunnen klimmen.

Vorig weekend was ik in Freyr. Freyr blijft voor mij niet de plek waar ik heen moet om grenzen te verleggen. Ik had dus geen ambities, maar heb gewoon lekker geklommen. In de herfst nog stond ik na een klimdag briesend van woede en frustratie op het terras van de Chamonix, omdat ik mezelf enorm was tegengekomen in een paar vieren en ik besloot ter plekke om nooit meer vieren te klimmen in Freyr. Dat geeft rust, kan ik je zeggen. Zaterdag heb ik dus heerlijk spekgladde drieën uitgekozen op het massief Merinos en zondag was voor de vijven. Uiteindelijk verkeken we ons op een tweetje dat we nog even snel zouden doen en waren we veel later dan afgesproken op het terras van de Chamonix weer terug. Het tweetje was weliswaar echt een tweetje, maar als dat tweetje slechts twee handen breed is en je naast je schoenzolen niets dan leegte onder je ziet, ga je toch wat langzamer dan je op papier zou kunnen :-)

Dinsdag heb ik een middagje doorgebracht op de buitenberg in Bergschenhoek. Lekker lage vijven geklommen en dus het omgaan met ingewikkelde mentale processen bij het klimmen van moeilijkere routes geheel achterwege kunnen laten. 's Avonds was ik naar de hal om nog wat te boulderen. Ik ben wat lichaamsspanning kwijtgeraakt in de Alpen, merkte ik en ik heb mijn best gedaan om daar wat aan te doen. Dat betekende dus veel overhangende boulders, veel vallen, niets uitgeklommen, wel hard gewerkt.

Vrijdagavond klom ik eindelijk weer eens wat routes in de hal. Voor de tweede keer de 6b+ ingestapt waar ik in klimhal al over schreef. De instap lukte nu in de derde poging wel en ook de rest van de passen van de eerste vijf meter gingen zonder al te veel problemen. Toen ik op nieuw terrein kwam, bleef ik dan toch op een technische beweging steken. Ik weet nog steeds niet helemaal zeker of hij kan zoals ik denk dat hij kan, omdat ik uiteindelijk te vermoeid was om nog een poging te doen. Project blijf dus project, maar ik merk alweer dat de lichaamsspanning terug begint te komen en ook de kracht in de vingers.

Frans herinnerde zich een voornemen en zei dat hij, om aan zijn 7a-aspiraties te voldoen, in ieder geval vanavond een 6c wilde klimmen. De klimtraining indachtig, waar we twee of drie nummers boven ons niveau moesten klimmen om te trainen wat nodig is in de routes van een stap boven je huidige niveau, zei ik tegen Frans dat hij dan geen 6c's moest klimmen, maar 7b's. Dus mocht ik de routes voor hem uitkiezen en ik stuurde hem via mijn 6b+-project een mooi uitziende 7a+ in. Ik moet zeggen, die ging opvallend soepel. Pas voor pas, dat wel, maar toch soepel. Volgens mij gaat dat Frans wel lukken voor het einde van het jaar, een 7a klimmen. En volgende keer moet ik toch een 7b voor hem zoeken :-)

donderdag 13 augustus 2009

alpien klimmen

29 juni, 19.30   "Hoeveel touwlengtes had je in gedachten?" Bas heeft plannen gemaakt voor de aankomende zomer in de Alpen. Al een paar weken geleden heb ik aangekondigd graag een dagje mee te klimmen. Ik heb nog helemaal geen ervaring in de Alpen, maar zou zo dolgraag een lange route meeklimmen. Onze vakanties overlappen precies een paar dagen; een paar dagen voordat ik weer terug moet naar Nederland, arriveren Bas en consorten. Een prachtige kans, leek me zo.

routes op de Aiguille du PeigneEn nu zit ik aan de keukentafel bij Bas en geef antwoord op zijn vraag. "Hoeveel lengtes? Nou ja, iets tussen de acht en de twaalf. Ik heb nog niet eerder meer dan tien touwlengtes geklommen, dus dat lijkt me wel realistisch." "OK. Ik heb een mooie route uitgezocht, 16 lengtes, moeilijkste lengte 6a." Slik. Ik dacht ook aan 5b max, eigenlijk. En bij het lezen van de beschrijving blijkt dat je om bij de route te komen over een sneeuwveldje moet, dat niet vlak is. "Eeh Bas, ik heb géén C1 gedaan he? Ik heb nog nooit stijgijzers omgehad, ik heb geen ervaring met remmen in de sneeuw en weet niet hoe ik een pickel moet vasthouden..."



28 juli, 13.30   We hebben afgesproken op het middenstation van de kabelbaan naar de Aiguille du Midi. M. en ik komen van boven, uit de gletscherwereld waar we vanochtend naar toe zijn opgestegen met mechanische middelen. De geleende stijgijzers bungelen in hun zakje aan mijn kleine klimrugzakje, naast mijn helm en schoentjes. Ik heb het rugzakje op mijn buik, want op mijn rug draag ik de kampeerbenodigdheden en mijn eten voor drie dagen. Bas, Saskia, Remy en Vincent arriveren van beneden, met nog dikkere rugzakken en een enorme haulbag.

Al snel hebben we bij het meertje op de Plan d'Aiguille een plekje gevonden voor de tenten, we zwaaien M. uit die weer naar het dal gaat en dan pakken we regenpakken, stijgijzers en pickel in, om de aanloop te gaan verkennen en om mij een mini-stoomcursus sneeuwveldjes overschrijden te geven.

Een uur of twee later glijd ik voor de zoveelste keer op mijn kont door de sneeuw en plotseling springt Bas in mijn rug om me nog wat extra vaart mee te geven in mijn 'val'. En ik schrik niet eens. Alsof ik het al jaren doe, draai ik me snel om, graaf mijn knieën in de sneeuw en duw me uit op mijn pickel. Ik geniet. Zo in de zachte middagsneeuw is dit gewoon spelen. "Je bent geslaagd. Nu gaan we nog even lopen met stijgijzers onder."



29 juli, 5.15   Ik druk mijn alarm uit. Ok, dus dit is een 'alpine start'. De klimrugzak is gisteravond helemaal ingepakt en ligt klaar; het is al een beetje licht aan het worden. Voel ik zenuwen? Ik heb lekker geslapen, maar mijn darmen voelen wiebelig en laten me weten dat ik nu wel heel snel een plekje moet gaan zoeken. Dan thee zetten, een paar hartkeks met Nutella en we gaan op weg.

Ik voel lichtjes de spanning van niet precies weten wat er komen gaat en ben heel blij dat ik 'op sleeptouw' mee ben en dus de zenuwen van zelf routezoeken en voorklimmen op mobiele zekeringen niet voel. Onderaan het sneeuwveld hannes ik een hele tijd met de riempjes van de zeer ouderwetse stijgijzers. In mijn herinnering zie ik mezelf zitten aan de rand van de Loosdrechtse Plassen om mijn Friese doorlopers voor de zoveelste keer vaster om mijn schoen te snoeren en ik ben blij dat het nu tien graden boven nul is en niet vijf graden onder.

Als ik dan eindelijk kan vertrekken naar het begin van de route, zitten Saskia en Vincent nog op een steen iets verder van mij af. Even later zie ik Sas alleen achter me aan komen. Vincent heeft besloten om om te draaien. Zijn ontbijt verdween tijdens de aanloop al tussen de rotsblokken en hij voelt zich niet fit genoeg om de route te beginnen. Remy klaagt ook over misselijkheid en eerlijk gezegd begin ik nu ook de zenuwen te voelen in mijn buik. Of is het toch het bergwater dat mijn darmen sneller wil passeren dan goed is voor de stoelgang?



8.30   Het is later dan gepland als Bas aan de route begint. Het is niet helemaal duidelijk hoe de route loopt ("ja, zo gaat dat in de Alpen"), en Bas klimt langzamer dan ik van hem zou verwachten in een viertje. Op de standplaats aangekomen, blijkt dan ook dat het viertje iets verder naar links ligt. Leuk, zo'n opwarmer; ik kan meteen goed wennen aan het klimmen op het stekelige graniet, want erg veel treden en grepen zijn er niet. Wel een pracht van een hoekversnijding/plaat-combinatie, maar die had ik toch liever wat later op de dag voor het eerst gehad. Bij de vierde pas die ik maak, duw ik uit op een stuk rots dat loskomt. Ik val niet, maar het blok van een kubieke decimeter wel en stuitert tegen de schouder van de zekeraar van een andere touwgroep vlak onder ons. Na de eerste pijn en schrik blijkt het gelukkig mee te vallen, maar heel erg veel zelfvertrouwen krijg ik er niet van. Even later snijd ik mijn vinger open aan het messcherpe graniet en mijn alpine initiatie lijkt compleet. Vandaag is overigens ook het alpine debuut van de eerder door mij bekogelde zekeraar. Onder ons klimt Remy naar het juiste relais en Bas vindt een manier om weer in de route te komen.

Na de tweede lengte volgt een korte traverse, waardering 2. Die mag ik doen. Ik vind geen standplaatshaken, maar wat erna komt ziet er niet doenbaar uit voor iemand zonder al te veel ervaring met zelf leggen van zekeringen en ik bouw een standplaats met wat friends en laat Bas komen. Het voelt fijn om in de route te zijn, maar ik baal na de vierde lengte een beetje dat ik het gevoel van spanning niet kwijt lijk te raken. Dat ben ik niet gewend, meestal is dat uiterlijk in de derde lengte verdwenen. Bas stelt voor om even een reepje naar binnen te werken, maar daar moet ik nu eigenlijk helemaal niet aan denken. Toch maar eentje uitgepakt en een piepklein knabbeltje genomen, drie havermoutjes en een rozijn. Het valt al meteen niet goed. Ik heb geen zin om het veel te zoete minihapje door te slikken, maar doe het toch. Als Bas wil gaan klimmen, overvalt me een duizelig gevoel en het gevoel te moeten overgeven. Ik stop mijn hoofd tussen mijn knieën en het trekt gelukkig weg, maar ik ben nu wel vastbesloten om me even discreet terug te trekken met een wc-rol in de hand. Gelukkig bevinden we ons op een blokkenterrein-achtige standplaats en ik vind een mooi plekje om mijn beenlussen los te gooien. Het is het beste besluit van de dag geweest, want ik ben zenuwen, misselijkheid en spanning in één keer kwijt. Ik begin nu plezier in het klimmen te krijgen. Het is wel echt werken, je krijgt in deze route de vijfjes niet kado en ik trek hier en daar aan een friend of een setje om een beetje tempo er in te houden. Ik wen aan het graniet en aan de vele wrijvingspassen die in deze hoekversnijdingachtige route nodig zijn.



12.30   Het is duidelijk dat we niet zo snel vorderen en dat het waarschijnlijk niet gaat lukken om de route uit te kunnen klimmen. standplaats op de Aiguiulle du PeigneMaar het weer is prachtig, we kunnen op bijna elke plek makkelijk over de route abseilen (de terugtocht is sowieso abseilend) en we klimmen dus lekker door totdat het genoeg is geweest. Op de zevende of achtste standplaats staat Remy naast mij en zekert Saskia na. Ik zeker Bas omhoog door een schoorsteen en aan de geluiden te horen wordt het daar lastig. Remy voelt zich al de hele route niet lekker; ook hij raakt de spanning niet kwijt. Ik vind dat heel logisch klinken, nauwelijks geacclimatiseerd moet híj tenslotte een deel van die pittige vijfjes voorklimmen, ik zou er niet aan moeten denken. De kreten die we van Bas horen, maken het er niet beter op. Even later wurm ik me door de lengte, met dank aan enkele friends en dan sta ik boven op een pracht van een brede en lange richel, in het zonnetje, met een klein rotstuintje aan mijn voeten. Ondertussen horen we vanaf de standplaats onder ons roepen dat Remy het wel mooi geweest vindt. We gooien het touw waaraan ik omhoog ben gekomen nog eens naar beneden en laten Saskia en Remy naar onze prachtige richel nakomen.

We weten niet helemaal zeker of we nog goed zitten, Remy voelt zich niet fit, het is sowieso te laat om de top te halen, en toch geniet ik van het puntje van mijn tenen tot in de haarwortels en ben dik tevreden met wat we voor elkaar hebben gekregen. De zon schijnt, het is windstil, het uitzicht gaat tot in de Écrins, de klimschoentjes zijn uit en we lunchen op wat ik nu de mooiste richel van de Alpen vind. Maar het antwoord op de vraag van Saskia hoe het bevalt, dat alpine klimmen, moet ik echter toch nog even schuldig blijven. Ik heb het grootste gedeelte van de tijd mijn hoofd niet uit kunnen zetten tijdens het klimmen en dat is niet fijn. Bij het sportklimmen heeft het me tot afgelopen voorjaar gekost om daar een beetje mee te leren omgaan en ik weet niet of ik zin heb om dat hele proces nog eens aan te gaan. Maar ik moet toegeven: hier zo te zitten, leunend tegen de rots, midden in de bergwereld en er zelf zijn gekomen; het is wel heerlijk.

© bovenste foto: Christophe Heydel, creative commons nc-nd

dinsdag 11 augustus 2009

hoe ga ik wél hardlopen?

Ik heb een beetje een haat-liefde-verhouding met hardlopen en bovendien is de relatie een langdurige knipperlichtrelatie. Ergens op mijn zestiende ben ik met lopen begonnen. Ik had niemand in mijn omgeving die hardliep, dus ik moest het op zelfdiscipline doen. En eerlijk gezegd ben ik wat onderbedeeld wat betreft talent voor zelfdiscipline. Gelukkig ben ik overbedeeld met talent voor enthousiasme, dus zolang het lopen leuk was (lees: niet te warm, niet te koud en niet te nat buiten) ging het goed. Dat duurde over het algemeen niet langer dan een week of drie, vier, maar er was altijd wel weer ergens, een hele tijd later, iemand of iets dat het enthousiasme weer aanwakkerde voor een paar weken. Het knipperlicht stond dus vaker uit dan aan.

hardloopschoenenSinds drie jaar loop ik echter 'regelmatig' hard. Maar een knipperlicht blijft het. Ik vind het heerlijk wanneer ik eenmaal bezig ben, ik vind het nog fijner wanneer ik merk dat ik beter (langer, of sneller) ga lopen doordat ik al een paar weken volhoud, maar op de een of ander manier stopt het altijd ergens weer, meestal na maximaal drie weken.

Al twee jaar heb ik me in december voorgenomen om in het voorjaar mee te doen met de plaatselijke 10 km-trimloop, maar al twee jaar moest ik ergens in februari toegeven dat het met mijn voorbereiding niet helemaal liep zoals het zou moeten en werd het toch de 5 km, want dat kan ik net uitlopen als ik niets, of maar een paar weken wat heb gedaan.

Het heeft alles te maken met de drempel. Letterlijk. Want zodra ik de drempel van mijn huis over ben, heb ik zin en voel ik me fijn dat ik weer loop. Maar de negen meter tussen hardloopkleren en drempel, die zijn eindeloos.

Sinds oktober 2007 houd ik een hardlooplogboek bij en dat was een heel goede ingeving. Langzamerhand krijg ik inzicht in de mechanismen die mij 'drijven', of beter gezegd, niet drijven. En langzamerhand gaat het beter met mijn knipperlicht. Die 10 kilometer is er ook dit jaar dus niet van gekomen, maar ik ben wel koppig in februari wéér begonnen met twee keer in de week lopen. Het knipperlicht is ook in deze reeks nog niet langer dan drie weken aan geweest en heeft zelfs in april en mei toch weer ruim acht weken uitgestaan (de rest van de tijd maximaal twee weken), maar ik heb toch het gevoel dat ik het al een halfjaar aan het volhouden ben. In mijn hoofd ben ik nu vastbesloten om die tien kilometer in maart eindelijk te gaan doen, maar ik ken mezelf goed genoeg om te weten dat mijn hoofd wel van alles kan besluiten, maar dat het iets anders is dat de gang er in moet houden.

Hoe kom ik over de drempel? Mijn zoektocht naar 'externe zelfdiscipline' leverde tot nu toe het volgende op:

1) ik houd een logboek bij.

Dit schreef ik hierboven al en was voor mij echt de eerste stap naar regelmaat. In het logboek noteer ik de datum en hoe lang, hoe veel en hoe snel ik liep en daarnaast eventueel bijzonderheden: weersomstandigheden, redenen waarom ik afgelopen tijd niet liep, ziek/zwak/misselijk, ging het makkelijk of moeilijk, etc. Heel fijn om op die manier patronen te ontdekken en ook te zien hoe ik ze soms spontaan doorbreek. Vooral dat laatste is leuk, enerzijds stimuleert het mij (hee, ik kán dus wél langer dan drie weken volhouden) en anderzijds probeer ik uit te vinden welke omstandigheden blijkbaar stimulerend werken en of ik die ook zelf kan creëren. Wat ik ook heel stimulerend vind, is dat je met een logboek heel goed kunt zien of je progressie boekt of niet en progressie boeken helpt mij erg goed om door te zetten.

2) ik heb mezelf een lange termijndoel gesteld (tien kilometer lopen).

Dit lange-termijndoel had ik dus al een tijdje en het was in mijn geval niet het instantmiddel tot regelmaat. Dat komt misschien ook doordat deze twee maatregelen eigenlijk de makkelijkste zijn, want dit is allebei hardlopen-in-je-hoofd. Ik kom er nog niet mee over de drempel :-) De volgende maatregelen hebben allemaal te maken met zorgen voor externe stimulansen, want zoals gezegd, van een schop onder mijn eigen kont moet ik het niet hebben.

3) Ik heb een schema van het internet gehaald.

Dit bleek een gouden tip in mijn geval. Het schema heet 'tien kilometer uitlopen'. Doordat ik dit schema heb, heb ik het lange-termijndoel in korte tussendoelen verdeeld, waarbij progressie heel makkelijk te merken is en zoals gezegd, progressie stimuleert mij enorm. Ik merk ook dat het schema me in de pas houdt wanneer ik een tijdje niets gedaan heb. Wanneer ik een tijdje niet gelopen heb, wordt de drempel weer hoger ( de "Ach, het is niet zulk lekker weer vandaag/ik ben een beetje moe/mijn spieren kunnen wel wat rust gebruiken van de heftige klimavond gisteren, ik ga morgen wel lopen"-drempel). Maar doordat ik 'in' het schema zit, houdt ik die drempel lager. Ik kan dan niet echt verder met het schema, maar doordat ik gewoon de laatste week herhaal, of een weekje terugstap, heb ik niet het gevoel dat ik weer helemaal opnieuw moet beginnen.

4) wanneer ik me heb voorgenomen die (mid)dag te gaan lopen, trek ik mijn hardloopkleren alvast aan.

Dit doe ik meteen als ik thuiskom, of in het weekend meteen 's morgens, in plaats van de gewone kleding. Het is ideaal: ik hoef de drempel nog niet echt over, maar ik laat wel aan mezelf weten dat het me menens is.

5) ik stel de (eventueel globale) tijd vast.

Dit doe ik tegelijkertijd met het aantrekken van de hardloopkleren. Ik hoef nog steeds niet de drempel over, maar ik heb wel weer een externe factor ingesteld die mij een duwtje gaat geven.

Nu wordt het spannend, want hoe zorg ik dat ik ook echt weg ga wanneer het tijd is geworden? Wanneer ik gewoon thuis ben en blijf, is dat het lastigste, want er is altijd ook nog wel iets anders dat ik kan gaan doen. Dit werkt voor mij heel goed: een half uur voor de vastgestelde tijd drink ik drie koppen thee (of iets anders). Dit levert hydratatie op én ik bouw weer een externe stimulus in, want: ik moet onherroepelijk naar de wc na een half uur en als ik naar de wc ben geweest, ga ik meteen weg. En hee, dat was de tijd die ik vastgesteld had! De hardloopkleren heb ik al aan, dus ik kan echt meteen gaan.

Soms lukt de thee-truuk niet, omdat ik het hardlopen die dag precies tussen twee activiteiten in kan plannen en de thee daar niet meer tussen past. De twee activiteiten zijn dan vanzelf de externe stimulus (nu of nooit) en ik loop dan meteen als ik thuis kom, zodat ik daarna weer weg kan.

Het is zomer, hardlopen is makkelijk (hoewel ik het ook al snel te warm vind om te lopen...), maar zouden deze maatregelen me ook door november, december en januari heen helpen? Ik ben benieuwd!

maandag 10 augustus 2009

6a voorklimmen

We schrijven ruim drie maanden geleden, 1 mei 2009. Het is een warme dag in het klimgebied Ubrieux en vanwege de Franse nationale feestdag ook nog eens enorm druk. Mijn doel voor de klimweek hier, tenminste twee zessen voorklimmen, had ik al in de eerste vier dagen gehaald, zie hier en hier. In de tussenliggende dagen heb ik ook nog eens twee 5c's voorgeklommen en het klimmen voelt goed. Deze laatste dag heb ik mijn zinnen gezet op het klimmen van een 6a zonder blok en de route die ik heb uitgekozen is een plaatroute in een hoekversnijding.

overzichtsfoto klimgebied UbrieuxIk ben ingeklommen en ik wil het ontzettend graag proberen, maar toch sta ik te twijfelen en voel ik zenuwen opkomen. Op mijn eigen niveau voorklimmen, ik vind het maar eng. Ik weet dat ik niet iedere 6a zomaar kan klimmen en stel je nu voor dat ik in deze route een moeilijke pas tegenkom en dat ik die niet kan en dat ik moet loslaten? En dat ik dan verkeerd terecht kom en een nare blessure oploop? Stel je voor?

Het oorspronkelijke plan was om eerst nog de route ernaast te doen, om het inklimmen helemaal af te maken, maar R. en W. waren niet echt enthousiast over die route, om het zacht uit te drukken, en het laatste waar ik zin in heb als voorbereiding op de zes, is een 5b waarin ik in de problemen kom. Dus nu sta ik onderaan de zes. Twijfel, twijfel, maar eigenlijk weet ik het wel. Er is maar één manier om deze route te doen en dat is 'm gewoon doen.

"Als je nu in de route stapt, klim je nog in de schaduw." Ik kijk nog eens omhoog en zie links van mijn route de langzaam opschuivende rand die de scheiding is tussen het brandende zonlicht en de schaduw. P. geeft mij met deze opmerking het laatste duwtje in de goede richting en een prettig soort opgewonden spanning maakt zich van me meester terwijl ik me inbind. Geen bloks, doorklimmen tot het niet meer gaat, tot, eeh, tot ik er uit val... Of tot ik boven ben, natuurlijk.

Het eerste stuk gaat makkelijk, maar net na het inklippen van de tweede haak komt de eerste 6a-pas. Echt plaatwerk, een hoge pas op een klein, kom-achtig ribbeltje en voor de handen een of ander richeltje waar net twee vingers tegenaan kunnen leunen. Ik durf niet. Ik zie dat het wel zal gaan voor de voet, maar ik durf mijn gewicht er niet op over te zetten en uit te duwen. Vijf keer proberen, toch die hand ergens anders, nog twee keer proberen, misschien over rechts dan? Nee, dat werkt helemaal niet. Hup die voet in dat fijne kommetje, maar ik dúrf niet! P. heeft het touw al twee keer zo strak getrokken dat ik nauwelijks meer van een on-sight kan spreken, hoewel ik zonder touwsteun ook prima sta op de plaat.

Wat is dat toch met die tweede, derde haak? In werkelijk iedere moeilijke route deze week zat het moeilijke punt op vier meter boven de grond. Dat was waar de bloks gevraagd werden, dat was waar ik de zenuwen niet meer de baas bleef en dat was níet waar de moeilijkste passen zaten.

Ik moet plotseling denken aan gisteren, toen ik met A. klom en we het over plaatklimmen hadden. A. is een heel goede plaatklimmer en ik hoor het hem weer zeggen: "Wat heel vaak goed kan op plaatroutes, is afduwen met je handen, waardoor het ineens veel makkelijker wordt." Afduwen! Mijn linkerhand zoekt en vindt het meest prachtige afduwplekje, op precies de goede plek naast mijn linkervoet, die op dat mooie ribbeltje staat. Voor het evenwicht gaan de vingers van de rechterhand op het slechte richeltje boven me en met een soepele beweging sta ik zomaar 40 centimeter hoger! En nu begin ik er plezier in te krijgen. Ik klik de derde haak in, de vierde. De route gaat nu de hoekversnijding in, pfft, even rust van dat griezelige plaatklimmen. Een paar mooie passen, beetje kracht, beetje techniek, en ik vind rust bovenop een blokje, net rechts van de route. Het hoort natuurlijk niet helemaal, maar ik vind dat het mag. Even uitpuffen. Even moed verzamelen voor de plaat, die nu weer gaat komen.

Het laatste stuk van de route is het lastigste. Veel lastiger dan die pas waar ik beneden zo lang over deed. Maar het is alsof de knop nu om is, alsof het me ineens niet meer kan schelen of mijn voet blijft staan of niet. En natuurlijk blijft de voet staan, met zoveel zelfvertrouwen kan dat ook bijna niet anders. Ik klik de tophaak in, trots, blij, opgelucht. Niet helemaal clean, maar een meer dan goede poging. Ik ben echt over de 6a-drempel heen! Althans, in Frankrijk... Voor een 6a in Freyr moet ik nog wel even een paar keer achter mijn oren krabben, denk ik.

woensdag 15 juli 2009

klimhal

"Ik kán niet meer, laat maar zakken!" Even later lig ik gestrekt op de turnmat uit te hijgen van de inspanning. Ik was vanavond naar de hal gekomen met de bedoeling een 6b in te gaan. Na de warming up, die eigenlijk al een beetje aan de zware kant was, koos ik een 6b+, die lekker technisch was volgens R. en die zich regelmatig in de hoekversnijding bewoog, wat ik een prettig vooruitzicht vond.

De eerste pas bleek al meteen zo lastig, dat ik die na zes pogingen maar heb laten zitten. Dat mocht de pret niet drukken, een extra treetje van een andere kleur bracht uitkomst en ik werkte me vervolgens manmoedig door de eerste vier, vijf meter van de route heen. Het fijne van zo'n hoekversnijding is, dat je regelmatig een rustpunt kunt vinden en dat was best nodig, want de ene zware pas wisselde de andere af. Maar even later moest ik toch echt mijn meerdere erkennen in de route. Ik vloog een keer of vijf de wand uit, met een mooie zwieper naar rechts. Mijn linkerhand gleed steeds van de greep en het lukte me niet om een andere oplossing te vinden.

Ik besloot de route voor deze avond maar te laten voor wat het was en verder te gaan in een 6a in hetzelfde touw, maar helaas; ik had mezelf echt helemaal leeg geklommen en de 6a voelde nu zo mogelijk nog zwaarder dan de 6b! Ik klom door tot ik echt niet verder kon en liet me zakken.

De afgelopen drie, vier weken heb ik nauwelijks meer routes geklommen. Ik heb sowieso weinig geklommen en áls ik in de hal was, dook ik het boulderhok in. Ik vergat in de eerste lastigere route van de avond dan ook helemaal om door te ademen tijdens het klimmen, en om rust te nemen tussendoor. En een 6b met een plusje was dus een tandje te hoog gegrepen. Of toch niet? Ik praatte even na met R. en we kwamen te spreken over het verschil in klimmen van een moeilijke route tijdens de training van afgelopen voorjaar en het klimmen van een moeilijke route nu.

Tijdens de training klom ik een voorgeschreven 6b+ en dacht verder niet echt over de route na. Het ging om de bewegingen, het ging er om om moe te worden, om spieren in te zetten die je in een 5c niet zo nodig hebt. Het ging er niet om wáár ik er uit kwam zetten, het ging er niet om hoe hoog ik kwam, het ging om 20 bewegingen. Of om doorklimmen tot je valt en of dat nu na 3 of na 12 bewegingen was, maakte niet uit. Maar nu, nu ik weer 'gewoon' aan het klimmen ben, gaat het ineens om de route, om het bovenkomen, om het 'afstrepen' van weer een top. 6b+ begonnen, maar niet gehaald. Mislukt. Terwijl ik heel lekker bezig was in zowel de 6b+ als in de 6a daarna. Helemaal moegeklommen en maar een kwart van de route gedaan, maar wel fijn geklommen en leuke bewegingen gemaakt en geprobeerd.

Dus volgende keer gewoon weer die 6b ingaan, knop omzetten en lekker klimmen tot zover als het gaat. Het was namelijk inderdaad een erg leuke, lekker technische route. In ieder geval het stuk dat ik al voor mekaar heb gekregen.

zondag 12 juli 2009

beter boulderen

"Nou, van die gradering klopt niets. Veel te makkelijk voor een vijf."

Een week of vier geleden klom ik een leuke boulder uit de bouldercompetitie en ik kwam in mijn eerste poging bij de topgreep. Mooie vier, dacht ik, misschien een plusje vanwege het lastige beginnetje. Maar toen ik hem ging afstrepen op mijn wedstrijdlijst, bleek dat ik zojuist een vijf geklommen had. Leuk voor de punten natuurlijk, maar wel een koopje, naar mijn idee.

Vandaag eindigde de bouldercompetitie en afgelopen vrijdag streepte ik mijn vierde vijf af (ik heb er zelfs eentje met een plusje). Bovendien had het niet veel gescheeld of ik had er nog twee bij gehad, die lukten nét niet. Misschien moet ik het nu toch maar gaan geloven: ik ben gewoon beter gaan boulderen :-)

maandag 6 juli 2009

blok 3 bijna

Goed nieuws op de website van BLOK: nr. 3 ligt bij de drukker! Bij het nieuwsbericht prijkt een foto van de voor mij dichtstbijzijnde klimberg en dat blijkt niet voor niets: bij de nieuwe BLOK krijgen de abonnees een topo van alle reliëfroutes op Monte Cervino cadeau. Dat spreekt mij wel aan. Mijn lievelingsroutes op de buitenberg in Bergschenhoek zijn routes waar geen plastic aan te pas komt. Ik geef onmiddelijk toe dat ik nog maar twee van die routes goed ken, omdat ze (inmiddels ruim) binnen mijn niveau liggen, maar wie weet. Met het topoboekje in de hand krijg ik misschien wel enorm veel zin om binnenkort een wat lastiger route aan te pakken.

Hier is de link waarmee je je kunt abonneren, voor als je ook dat boekje wilt hebben. Of gewoon een goed bl.ad o.ver k.limmen.

donderdag 18 juni 2009

nanske's schoolblog 2009

Hmm, ik geloof dat je aan mijn blog altijd goed kunt zien of ik het druk heb op school of niet. Tegen de kerst en tegen de zomervakantie is het altijd piekdrukte, zo ook dit jaar. En wanneer ik niet met school bezig ben, hang ik languit op de bank, lig ik vroeg in bed, of ben ik aan het klimmen, aan het hardlopen of een feestje aan het vieren bij/met vrienden of familie. Ook niet verkeerd natuurlijk, maar van bloggen komt daardoor erg weinig de laatste tijd. Jullie moeten het doen met kruimeltjes, sorry.

zondag 14 juni 2009

tent gewonnen

Ik heb een week of wat geleden een tentje gewonnen bij de hiking site! Iedere maand hebben ze een prijsvraag, waar je weinig meer voor hoeft te doen dan een bezoekje te brengen aan de website van importeur of fabrikant en aan de hand van info die je daar vindt een meerkeuzevraag beantwoorden. Leuk om te doen, want je komt nog eens ergens (jaja, dat is ook de bedoeling natuurlijk, snap ik ook wel) en dan win je ook nog eens zo'n leuke prijs!

Ik heb al twee tenten. Een lichtgewichtkatoenen Carl Denig en een vierseizoenentent van Lowland. De eerste, de Mier, is een tweepersoonstent met honderdduizend haringen, veel leefruimte en een heerlijk binnenklimaat doordat katoen geen condensprobleem kent, kortom, een perfecte tent voor als je wat langer op een plekje staat. De tweede is de Conquest, een lichte en snel op te zetten tent, ook voor twee personen; met prima ventilatiemogelijkheden vind ik ook dit een supertentje en het is mijn eerste keus voor een klimweekend.AR ultralite

Nu is er een concurrent voor de Conquest bij gekomen. De AR ultralite van het Britse Mountain Equipment. Wat ik vooral leuk vind, is dat je het buitendoek apart kunt gebruiken, wanneer de weersomstandigheden of de meegenomen materialen zo zijn dat je eigenlijk alleen een tarp nodig hebt.

Ik heb hem inmiddels een keer opgezet op een veldje. Het lijkt me een prima tentje. Ik had wel wat moeite om hem strak opgespannen te krijgen, maar misschien dat ik de volgorde een beetje fout deed. De buitentent en de binnentent zitten namelijk al bij het opzetten aan elkaar vast, wat voor een beetje een andere volgorde zorgt. Ik kijk het nog een keer na.

maandag 25 mei 2009

fontainebleau

Gisteren kwam ik terug van een leuk weekend in Fontainebleau. Het weer was uitstekend, de sfeer was prima, ondanks een vervelende tegenvaller voor één van de deelnemers en de boulders waren, ja, wat de boulders in Bleau zijn; zo gevarieerd als maar mogelijk is en we hebben een aantal leuke puzzeltjes op weten te lossen (of net niet). Voor het eerst heb ik me op echte bleau'se uitklimmen durven storten en warempel, mijn vingers bleken daar zelfs wat mee te kunnen, wat me een heel trots gevoel gaf. Mijn vingertopjes waren het natuurlijk helemaal niet eens met mijn capriolen en hebben nu behoefte aan veel, heel veel dagen herstel.

maandag 18 mei 2009

baz! 2009, inschrijving geopend

Gisteren, 17 mei, was de lang aangekondigde dag dat de inschrijving voor BAZ! 2009 geopend werd. Ik heb vast een aantal meldingen gemist, maar ergens in de loop van de middag werd in grote letters aangekondigd dat het nog niet helemaal klaar was, met een uitnodigend "come back tonight" eronder.

Helaas, toen ik om tien uur keek, vlak voordat ik naar bed ging, zag ik: "Some final editing and checking everything...again!". Zou het nog gelukt zijn om de 17e in de lucht te gaan? Ik weet het niet, maar wel weet ik dat het vanmorgen helemaal in orde was, met een prachtige vernieuwde website.

Je kunt je dus ook sinds, eeh, gisteren inschrijven, maar wie zijn betaling direct on-line wil regelen (via iDEAL of credit card), moet nog even een paar dagen geduld hebben.

Ik wacht nog even, want dat iDEAL is wel ideaal.

zondag 17 mei 2009

6b's (meer uit de klimweek)

Ik had al in maart mijn doel voor deze klimweek geformuleerd: tenminste twee 6a's voorklimmen, eventueel nadat ik de route al een keer zou hebben geklommen. Ik had er niet op gerekend dat ik al op de derde dag dat doel zo'n beetje bereikt zou hebben. Ok, die 5c+ was dan wel net geen 6a, maar de manier waarop ik 'm geklommen had, gaf me veel zelfvertrouwen. Ik begon in mijn hoofd mijn doel bij te stellen: ik wilde wel op jacht naar een 6a on-sight (on-sight betekent de route in één keer klimmen, dus zonder dat je passen in een eerdere poging uitprobeert en zonder dat je in het touw gaat hangen om uit te rusten). Ik had ook mijn andere doel in mijn achterhoofd: een 6b klimmen na uitwerken, maar door het karakter van deze klimweek, met verschillende klimpartners en verschillende gebiedjes, (en ook wel een beetje door mijn eigen karakter van 'nieuw is leuk') leek dat wat moeilijker te realiseren.

Na de klimdag van gisteren, waar mijn mentale zelfvertrouwen een flinke boost had gekregen, voel ik me zelfverzekerder dan ooit. Ik kijk na het avondeten met R. en W. verlekkerd naar een klein gebiedje; een route of tien, vrijwel allemaal zessen. Dat ik likkebaardend naar zo'n gebiedje zou kunnen kijken, had ik ooit wel gedroomd, maar stiekem had ik ook een beetje gedacht dat het wel bij dromen zou blijven. Ik maak een klimafspraak met W. en houd de mogelijkheid van werken in een 6b in mijn achterhoofd.

De route naar Clue-de-Plaisans loopt via Ubrieux, waar we inklimmen, en Buis-les-Baronnies, waar we een kop koffie met een flinke pizzapunt bestellen. Als we bij het klimgebiedje komen, blijkt het een idyllisch plekje, bij een kleine kloof. We leggen de touwen uit en W. start in een 6b, leuk, dan kan ik die mooi in toprope doen en wie weet! Het is een echte plaatroute, W. klimt hem prachtig en ik met één blok, omdat ik het even gehad heb met "Blijf ik wel staan als ik deze beweging maak? Hee, ik blijf staan!".

Ik ben zo blij dat ik heelhuids boven ben, dat ik er niet over peins om hem voor te klimmen! Geen probleem, we gaan gewoon verder. Nadat W. een zware 6c+ geprobeerd heeft, kiezen we voor de route ernaast, twee lengtes, 6a en 6b. De 6a lengte is voor mij, de 6b voor W. Ik vind mijn lengte doodeng terwijl ik bezig ben. Als ik de tweede haak heb bereikt kan ik het niet laten: ik ga in het touw hangen. Blijkbaar is de wil om een 6a te on-sighten nog niet helemaal gerijpt. Daarna blijf ik het eng vinden, maar de verleiding van een blok weet ik nu te weerstaan. Vreemd dat ik dat nog niet kon bij die eerste blok.

Ik laat W. nakomen en hij klimt de 6b voor. Een pittige plaatroute, met heel delicate stappen. Ik kom na, maar zit mezelf tussen de oren alweer vreselijk in de weg; ik moet mezelf bij bijna iedere pas over een drempeltje heen helpen en dat kost zoveel mentale energie! Bij de crux gebruik ik het setje om verder te komen en een blok is er ook geweest. Toch kom ik met een glunderend gezicht boven, want al die andere passen heb ik toch maar mooi gedaan en het is een prachtige route, met een mooie standplaats bovenin. Hier komen relatief weinig klimmers; de route is nog maagdelijk ruw (en dat is maar goed ook...), zowel W. als ik trokken een stuk uit de rots en er ketste zeker zeven keer een steen naar beneden.

We seilen voorzichtig ab, om de klimmers onder ons niet nog meer te bekogelen en ik kom uiterst voldaan weer op de grond aan. Mentaal valt er weliswaar nog een hoop winnen, maar ik kan zo'n 6b toch maar gewoon aan!

© van de foto's: Pascal, Walter

vrijdag 8 mei 2009

la grotte, st-julien

Ik gloei nog een beetje na van trots en voldoening over mijn getopte 6a, als na het avondeten de hoofdlampjes en de topo's te voorschijn komen om de dag van morgen te plannen, de derde dag van onze klimvakantie. Frans en ik zijn van plan om een 'lange' route op de St-Julien gaan doen. De St-Julien is de huisberg van Buis-les-Baronnies en het enige massief in de buurt dat een overvloed kent aan routes van drie of vier touwlengtes.

We hebben in het verleden al een aantal multi-pitch-dagen samen doorgebracht. De laatste dateert echter alweer van anderhalf jaar geleden. Tot nu toe kozen we routes met veel vieren en een enkele 5 en die verdeelden we dan zo dat Frans de 5b/c-lengtes klom en ik vooral de lengtes vier. Maar nu durf ik voor het eerst in mijn klimleven te kijken naar routes zonder vieren en zelfs stiekem naar routes met een zesje er in, vier lengtes is tenslotte niet echt intensief klimmen. W. beveelt ons een route aan die hij vorig jaar gedaan heeft; 5b, 5c+, 5c, 5b, met een stukje klimmen door een grotje, een traverse en een uitklim op de top van het massief. De route heet 'La Grotte'. Dat lijkt ons wel wat, met name die 'passage speleo' spreekt ons natuurlijk aan. Ik zet met bravour mijn zinnen op de 5c+, die een enkele 6a-pas heeft volgens de beschrijving, ik kwam hier tenslotte om zessen te klimmen. En ik word er niet eens zenuwachtig van.

De volgende ochtend voel ik de gebruikelijke spanning van een lange-route-dag niet, daarvoor is vier lengtes niet 'lange-route' genoeg. Maar als ik onderaan de rots sta en omhoog kijk naar de tweede lengte, slaat de schrik me wel even om het hart. Ik zie een dakachtige hoekversnijding met daarnaast een plaat die er vanaf hier bepaald treeloos uitziet. Wil ik dit echt wel, zal ik niet toch voor de eerste lengte gaan, met het grottenklimstukje erin? Ik pak mezelf samen en geef resoluut het voorklimeinde van het touw aan Frans, niet gaan twijfelen nu, dan wordt het nooit wat.

Terwijl Frans zich rustig omhoog werkt in de eerste lengte, seilt naast hem een touwgroep alweer ab vanaf de top. Even later staan er een Engelsman en een Australiër naast me, die vol lof zijn over de route. "Beautiful, a classic". Ik meld dat ik me een beetje bezorgd maak over de tweede lengte, omdat ik die ga voorklimmen, maar dat wordt weggewuifd: "Oh no, you shouldn't, it's quite ok!"

Eenmaal op het eerste relais, vlak na de passage door het grotje, ziet de tweede lengte er niet minder imposant uit, integendeel. Toch denk ik maar niet te lang na en ik stap in de route. De passen rondom de eerste echte haak blijken meteen lastig. Ik klaag en piep en neem een blok, maar weet ook vandaag weer de zenuwen de kop in te drukken en dan blijkt dat ik alle passen gewoon goed kan, geen enkel probleem. De dakachtige hoekversnijding, die hierboven begint, blijkt veel makkelijker dan ik dacht. Ik heb nog even een spannend momentje, maar dat zit echt alleen tussen de oren, ik krijg mezelf daar makkelijk overheen en ik klim vlot naar het tweede relais. "Nakomen!" Huu, gisteren een 6a+, vandaag in een langere route een 5c+, het gaat lekker!

Frans is nu aan de beurt om voor te klimmen en krijgt de traverse voor zijn kiezen. Hij moet een paar keer slikken; traverse is voor Frans wat voor mij dakjes, buikjes en overhangen zijn. Ik had de traverse ook aan mijn lengte vast kunnen plakken, maar door de keuze van ons zekerpunt een stuk rechts van de instap van de tweede lengte, zou dat te veel wrijving hebben opgeleverd. Ik haal Frans over door te zeggen dat ik mijn 'even-doorbijten-lengte' ook heb geklommen en hij gaat. Ik kan niet zeggen dat het er heel koelbloedig uitzag, er ging halverwege nog een friend in een spleet enzo, maar natuurlijk lukt het allemaal gewoon en het relais waar deze lengte uitkomt is lekker relaxed, zodat we goed kunnen bijkomen van doorstane 'tussen-de-oren'-ellende.

Een beetje verder naar rechts begint de vlakke graat naar de top van de St-Julien, met daarop de laatste lengte. Ik ben weer aan de beurt. Het is een werkelijk prachtige lengte klimmen over een liggende plaat, met meer dan voldoende grote bakken en mooie plekjes voor je voeten. De ene mooie pas volgt op de andere, terwijl de route rechts uitzicht biedt op de Mont Ventoux en links op Buis-les-Baronnies, dat er ook vanuit de lucht idyllisch uitziet, met haar rond lopende stratenplan. Het enige minpuntje is de frisse en stevige wind die door de insnijding in de rotsen en over de graat waait. Op de top is dat natuurlijk niet beter en nadat Frans is nagekomen, beginnen we vrij snel aan de abseil naar beneden.

Terwijl we abseilen en zeker ook even later, als we weer veilig beneden staan, voel ik hoe mijn zelfvertrouwen in de afgelopen tijd gegroeid is. Door het klimmen van deze route en de manier waarop het ging, voel ik ineens heel sterk hoe ik van beginnend klimpartner, via beginnend gevorderd klimpartner nu uitgekomen ben bij gelijkwaardig klimpartner. Natuurlijk wist ik ook voorheen heus wel wat ik deed, maar dat impliceerde ook dat ik de makkelijke weg koos: de moeilijke lengtes waren niet voor mij en bij twijfel gaf ik de ander graag het bovenste stuk van het touw. Voor het eerst was dat dit keer niet zo, sterker nog: ik koos vrijwillig de voor mij moeilijkste lengte. Dat Frans liet zien dat hij het ook niet makkelijk had in de voor hem moeilijkste lengte en dat dat betekende dat hij zich niet groot hoefde te houden voor mij, heeft zeker ook een rol gespeeld. Tjonge, wat een week, en er zijn pas drie dagen voorbij!

© foto's: Frans

dinsdag 5 mei 2009

voorklimzenuwen

"Doe hem maar, het is een leuke route, je kunt hem wel."

Ik sta met R. onderaan een 6a+ hoekversnijding en W. en F. doen hun best om me over te halen deze route in te gaan. Het is dag twee van mijn klimweek in Frankrijk en ik heb me voorgenomen een zes in te gaan vandaag. We hebben, naar trainingsvoorbeeld, progressief ingeklommen in een 4, een 5a en een 5b en theoretisch ben ik er dus helemaal klaar voor. Maar oei, wat beginnen de zenuwen op te spelen!

Mijn innerlijke (en ongetwijfeld ook deels uiterlijke) dialoog gaat ongeveer als volgt:
Kan ik dit echt wel? Moet het meteen een 6a+ zijn? Nu ja, het is wel een hoekversnijding en daar hou ik wel van, bovendien ziet hij er inderdaad te doen uit. Maar zal ik niet toch maar eerst een 6 naklimmen? Tuurlijk niet, dan ga je die route alleen maar eng vinden en dan denk je helemaal dat je het niet kunt. Maar wil ik eigenlijk wel voorklimmen in een 6a? Is dat niet te hoog gegrepen? Hee, komop, "Jij moet gewoon de 6a's in Freyr gaan klimmen", hoor ik de trainer nog zeggen. En dit is niet Freyr, dit is Frankrijk, met twee keer zoveel haken en een luchtiger waardering. In de hal klim ik ook 6a's, meestal met redelijk gemak. Maar ook wel eens niet met gemak en als dat dan in deze route gebeurt, dan val ik. Precies, dan val je. Dat moet dan maar. Overigens zijn de haken meestal zo geplaatst, dat je niet ver valt bij de moeilijke stukken, dus hou nou eens op met piepen. Brrr, wat is dit eng.

Uiteindelijk doe ik mijn best om alle gedachten opzij te zetten en ik begin het touw uit te leggen onder de route. Het besluit is genomen, ik ga het doen.

De zenuwen voel ik nog steeds. Ik dwing mezelf mijn ademhaling laag te houden en dat helpt wel. Door de zenuwen hebben de negatieve gedachten het lef om toch steeds weer even de kop op te steken, maar ook daartegen heb ik een truukje: ik focus me op wat ik op dat moment aan het doen ben, en gelukkig werkt ook dat. Het helpt enorm dat ik me sterk voel en fysiek goed voorbereid op wat ik wil.

Toch wel lastig...
Ik bind me in, hang setjes aan mijn gordel, R. staat klaar om me te zekeren en ik kijk de route omhoog. Waar zitten de haken? Na het vinden van de derde haak nemen de zenuwen mijn denkvermogen over, haastig glijdt mijn blik langs de nog resterende haken naar het relais, brr, best een eind klimmen. Dan: waar is het rustpunt voor de eerste haak en hoe ga ik omhoog? Ik kijk nog een keer naar mijn zekeraar en naar mijn inbindknoop en stap de route in. Als ik de eerste haak heb ingehangen, hoor ik van onderaf dat dat de haak was van de route ernaast. Hmm, blijk ik het onderste stuk ook nog eens verkeerd te hebben ingelezen! Niet erg, want ik was toch van haak naar haak aan het denken. Het inhangen van de tweede haak is geen probleem, tussen twee en drie word ik toch weer een beetje zenuwachtig, maar met wat ademhalingsconcentratie is dat snel weg en ik bereik de derde haak. Blok! (lees: ik wil niet vallen) Pfft.

Maar dan wordt het lastig. Komt dat nu omdat ik maar tot haak drie heb ingelezen? Het zou me niets verbazen. De route wordt nu fysieker en hoewel de grepen uitstekend zijn, weten mijn negatieve gedachten ineens zeker dat ik het niet ga halen, dat mijn krachten uitgeput zullen zijn en dat ik moet gaan loslaten voor ik weer iets prettigs heb, wanneer ik ook nog maar één stap verder zet. Inderdaad heb ik me in het verleden juist in dit soort situaties regelmatig vastgeklommen, maar kan die gedachte nu even uit? Nee hoor, daar gaan we al. Ik vergeet te ademen en ik vergeet te focussen op hoe ik sta en op wat ik vastheb, ik maak vervolgens twee wanhopige passen om mijn voeten maar weer op fijne treden te krijgen en raak daarbij natuurlijk volkomen uit de route, met mijn voeten ook nog eens achter het touw. Ik heb dat laatste zelf gelukkig niet door, want nog meer zenuwen erbij kan ik nu niet hebben. De toeschouwers beneden houden gelukkig wijselijk hun mond en sturen alleen een hele hoop 'niet vallen!'-gedachten naar boven.

Maar dan begint toch ervaring een rol te spelen. Ineens besef ik dat er weliswaar een kans is dat ik ga vallen, maar dat die kans alleen maar groter wordt wanneer ik in paniek raak. Ik moet die zenuwen dus weg zien te krijgen, voor ik iets anders ga doen; ik begin me weer op mijn ademhaling te concentreren en ontdek dat ik eigenlijk best goed vast heb en dat er helemaal niks aan het glijden is en dat alleen mijn voeten vreselijk slecht geplaatst zijn (het touw heb ik nog steeds niet door). Bovendien zie ik boven me waar ik ongeveer heen moet en waar waarschijnlijk een fijne greep zit. Daarheen dan maar! Ik plaats één voet een stukje terug, meer onder me en duw uit, ik zwaai mijn hand naar boven en warempel, die blijft op een heerlijk ruw, vlak stuk prachtig op wrijwing liggen. Ik hijs me aan die 'greep' omhoog, vind nog wat dingen voor mijn handen, de voeten volgen zo'n beetje en eindelijk, vier passen later heb ik ingeklikt en sta ik uit te hijgen op een plateautje.

Voeten
Nu hoor ik pas dat ik mijn voeten allebei achter het touw geplaatst had. Hmm. Het is niet de eerste keer dat ik uit een naar mijn idee 'gevaarlijke' situatie weg wil komen en me daarbij juist in een gevaarlijker situatie klim. Misschien is dit een mooi moment om het de laatste keer te laten zijn. Het is me tenslotte nu gelukt om de paniekgolf te onderdrukken, dat kan ik dus. Dan kan ik dat een volgende keer ook, maar dan wat eerder. En ik neem me meteen voor om in mijn herneem-focus vooral de voeten aandacht te schenken.

De rest van de route blijf ik eng vinden, maar qua klimmen is het eigenlijk heel leuk en bovendien goed te doen. Ik voel me opgelucht en trots als ik het relais bereik: 6a voorgeklommen, tjonge!

Later die dag doe ik hem nog een keer, ik weet nu dat ik hem kan. Ik voel weer die angst bij de passage waar ik 's morgens de controle verloor, maar dit keer lukt het me om eerder in te grijpen en ik klim gewoon door, geen bloks nodig, niet gevallen. Mijn voetenwerk was weliswaar nog niet helemaal in zicht tijdens mijn angstmoment, maar ach, de week is nog lang.

woensdag 15 april 2009

nog eens training

De trainingsweken zijn bijna ten einde. We zijn nu met duurtraining bezig en we mogen (moeten!) eindelijk weer verzuren. In de eerste 12 weken klommen we vooral bóven ons eigen niveau, korte en krachtige bewegingen. Nu klimmen we vooral onder ons niveau, maar dan wel iedere route drie keer! Tot drie maanden geleden schreef ik op dit blog regelmatig iets over overhangen en dat ik daar niet zo vriendjes mee was. Inmiddels heb ik drie maanden lang twee keer per week overhangen geklommen en ik draai er mijn hand niet meer voor om. Nu ja, ok, ik vind het nog steeds heftig en zwaar, maar ik kán het nu en ik ga ervoor, ook wanneer mijn spieren vermoeid zijn en het lijkt of het niet meer gaat lukken.

Ik ben ook duidelijk sterker geworden. Gisteren moest ik de twee-seconden-oefening doen, in een 5c (op niveau dus). De twee-seconden-oefening bestaat er uit, dat je je hand steeds twee seconden boven de greep laat zweven, voor je hem vastpakt. In de route die ik deed, kwam dat telkens weer neer op een opblokpas: met de ene arm trek je jezelf naar de wand en behalve spanning op die arm houd je ook je lichaamsspanning twee tellen vast, terwijl je andere hand bij de volgende greep zweeft. Het was zwaar, maar absoluut niet onmogelijk, ik wist alles wat ik had netjes te combineren en in te zetten. Pas toen ik me liet zakken, en de route nog even snel door mijn gedachten liet gaan, realiseerde ik me dat het de ene opblokpas na de andere was geweest en dat ik 12 weken geleden nauwelijks één opblokpas kon volhouden, laat staan meerdere keren achter elkaar!

Bij de hangoefening op het campusbord kon ik gisteren vier keer tien seconden hangen aan zes vingers (ik begon vijf weken geleden met twee keer vijf plus twee keer zes) en zelfs het optrekken gaat beter, hoewel ik nog niet zelfstandig één keer trek en dat had ik stiekem toch wel leuk gevonden. Maar ik heb nog anderhalve week, dus wie weet.

overhang in de ElzasIk ben zo blij dat ik me heb ingeschreven indertijd voor deze training. Het aangereikt krijgen van routes om te klimmen is in het begin even wennen, klimmen 'voor de leuk' is er niet meer bij (de trainer koos routes die je zwakke plekken trainden) en aanvankelijk was bovendien alles een beetje frustrerend, omdat we die eerste weken voornamelijk (ruim) boven niveau klommen. Na vijf weken begon ik duidelijk te merken dat er progressie was en nam de frustratie af en de lol toe en dat is alleen maar beter geworden. Het lijkt me alleen nog wel lastig om straks in mei, nadat de training is afgelopen, zelfstandig de vorm vast te houden. Ik hoop dat we daar nog een paar tips voor krijgen. Wat mij betreft volgend jaar weer zo'n training! En voor nu: misschien kan ik zo'n overhangende 6c dit jaar gewoon klimmen :-)

zaterdag 28 maart 2009

training

We zitten in week 12 van de klim-conditie-training. Het gaat deze weken, zeer abstract, om 'intra-musculaire-coördinatie'. Wat ik er van merk, is dat mijn vingers een stuk sterker aan het worden zijn en ik mijn lichaamsspanning beter begin in te zetten. Ik ben zo ontzettend benieuwd wat de uitwerking is als ik over een maand een week in Frankrijk ben! Mijn klimdoel is tenminste twee 6a's voorgeklommen te hebben, in on-sight-poging of na 'leren kennen'. Dat laatste zou nieuw zijn, want ik heb buiten nog nooit in een route gewerkt. Misschien kan ik met een beetje projecten wel een 6b voorklimmen, maar ja, dan moeten we wel iedere dag naar hetzelfde gebiedje/dezelfde sector en ik denk niet dat ik dát wil.

donderdag 26 maart 2009

veel klimmen en werken, weinig schrijven

Het is druk in huize nanske. Er zijn zoveel, vooral leuke dingen te doen, dat ik nauwelijks aan bloggen toekom! Afgelopen weekend heb ik lekker in Dave doorgebracht, met leuke cursisten en een heerlijk zonnetje. Maandag en dinsdag werkdagen van 10 en 9 uur gedraaid (dus geen puf meer 's avonds om nog wat te schrijven), woensdagavond na het werk nog even een schoolkrantvergadering en in de twee gaatjes die er deze week zijn tussen de bedrijven door, ga ik richting hal om te klimmen. Zondag klim ik ook weer met cursisten in Bergschenhoek (er zijn weer zonnetjes te zien op de weersverwachtingen!). Maar ik hoop ook op snel weer wat tijd om een en ander te schrijven, want dat mis ik...

donderdag 12 maart 2009

nog een weekje...

... en dan ligt BLOK nr. 2 in de brievenbus! Het belooft, volgens deze pagina weer een mooi nummer te worden.

vrijdag 6 maart 2009

nkbv team bij trailwalker

steun een team-plaatje van de novibsiteAan de Oxfam Novib Trailwalker (ik schreef er in januari een postje over), doet een team van de NKBV mee. Op het weblog van het team kun je meer over hen lezen.



Op de website van de trailwalker staat een gezellig plaatje, met vrolijke, sportieve wandelaars ergens op een zandverstuiving in de Veluwe, maar het gaat wel om een wandeltocht van 100 kilometer en dat red je niet op een zonnige achternamiddag. Een donker plaatje met hoofdlampjes had dus ook wel gepast... De teams mogen 30 uur over de 100 kilometer doen en laten zich voor die prestatie sponsoren.



Ook het team van de NKBV is dus op zoek naar sponsors! De opbrengst van de trailwalker 2009 gaat naar onderwijsprojecten in Mali en daar kan ik als juf natuurlijk helemaal achter staan. Neem een kijkje op de teampagina van team NKBV en klik daar op de 'steun dit team'-link rechtsboven.

zondag 1 maart 2009

design veranderd

Ik ben aan het stoeien geweest met het design van het weblog. De template is niet veranderd, de kleuren wel. Mij bevalt het zo wel. De foto-header maakt het in ieder geval allemaal weer wat persoonlijker dan het was. Commentaar mag...

voor(ui)tgang

Deze week was een rustweek in de training. Na zes weken zware arbeid rustig aan klimmen dus. Ik moet eerlijk zeggen dat dat niet helemaal gelukt is, want hoewel ik niet hoger dan 5c geklommen heb, heb ik zowel dinsdag als vrijdag niet goed opgelet tijdens het opwarmen en verzuurde ik te snel.

Maar wel enorm lekker geklommen. In een mooi lopende 5b in de korte overhang hopte ik zo soepel omhoog, dat ik met een brede glimlach van plezier boven aantikte. Het voelde alsof alle spieren in mijn lijf, bijna zonder mijn tussenkomst, netjes samenwerkten om een pas te maken, zo'n lekker gevoel! Ik merk echt steeds beter dat ik dingen aan het doen ben die ik tot een paar weken geleden niet paraat had, of waar ik gewoon de kracht voor ontbeerde. En dan te bedenken dat de training nog helemaal niet afgelopen is.

touw in de rotsenDe zon schijnt hier vanochtend af en toe even naar binnen en ik krijg erg veel zin in het buitenklimseizoen. Zou de training nog invloed gaan hebben op mijn klimniveau buiten en daarmee op mijn zelfvertrouwen?

Ik moest maar eens kijken of ik iemand mee krijg naar Freyr op een zaterdag in maart of april, want ik heb nog helemaal geen klimdagen buiten gepland staan (afgezien even van drie instructieweekends) voordat ik eind april afreis naar Frankrijk om daar een week in de rotsen rondom Avignon te vertoeven. En weer een beetje 'buitengevoel' hebben, is toch wel lekker als opwarmer voor een klimweek.

donderdag 26 februari 2009

weekendje speleo

ankers bij het speleoAfgelopen weekend heb ik me weer een keer in de wereld onder de grond begeven. Ik vind dat een fascinerende wereld en een fascinerende bezigheid. Aan de ene kant helpt het om enige klautervaardigheid te hebben en een beetje te weten wat een touw is en wat je ermee kunt doen. Maar aan de andere kant heb je echt ook hele andere vaardigheden nodig.

We zijn zaterdag bovengronds gebleven en hebben een aantal touwtechnieken geoefend die handig kunnen zijn in een grot. Want abseilen is één ding, maar bij abseilen aan een touw dat onderweg op drie plaatsen vast zit aan de wand, kom je toch interessante dingen tegen. In ieder geval wel op het moment dat je bij het ankerpunt komt (zie foto rechts) en je iets slims met je abseil-acht moet uitspoken om te zorgen dat je van het ene touw in het andere terecht komt om weer verder te kunnen.abseilen in een grot

Ik dacht tot afgelopen zaterdag dat ik inmiddels redelijk in staat was om een standplaats overzichtelijk te houden, maar voeg aan de uitrusting twee leeflijntjes toe en ik maak er onmiddelijk een hopeloze spaghetti van. En dat merkte ik soms pas op het moment dat ik alles alweer helemaal losgekoppeld had en al abseilend weg wilde bij het anker. Als het leeflijntje dan per ongeluk om het touw aan de andere kant van het anker zit geslagen, lukt dat laatste niet zo goed. Heel leerzaam...

Sowieso is het heel leerzaam om eens met andere touwtechnieken te stoeien, daar word je heel flexibel van. Dat laatste word je ook van al het gewurm door smalle passages, trouwens. En daar krijg je ook blauwe plekken van. En spierpijn. Bovendien zie je er ook nog eens helemaal niet cool uit in een bemodderd regenpak. Leuk joh, dat speleo!

© van de foto's: Gertjan

donderdag 19 februari 2009

overhang

Oei, het is alweer een tijdje geleden dat ik iets van me heb laten horen op het blog! Maar ik zit niet stil. Sinds januari doe ik mee met een klimtraining onder begeleiding en dat betekent twee keer per week klimmen: naast de vaste vrijdag ook nog op dinsdag. Het lukt me zelfs tot nu toe om die avond voor klimmen vrij te houden, juist omdat er training is. Én ik ga ook wanneer ik moe ben.

Ik vond het trainen in het begin maar een frustrerende bezigheid. We trainen op routes die moeilijker zijn dan wat je normaal kunt klimmen en ook nog eens met bewegingen die buiten je favoriete klimtechniek liggen. Dat betekent in mijn geval, trouwe lezers raden het al, overhang, overhang, overhang... Om precies te zijn: 6b in de overhang. Helemáál niet mijn ding: een overhangende 5c is bij mij al een project waard en 6a's in de overhang zijn me nog nooit gelukt.

Ook mijn klimstijl werd onderhanden genomen. Het is de bedoeling dat we rustig, maar vlot door klimmen, zonder te rusten. Dat is voor iemand die bij iedere derde stap liefst eens rustig gaat kijken hoe ze in de handigste positie komt voor de volgende greep wel even wennen!

6b's in de overhang en niets lukte, leek het. De trainer hield vol dat het goed ging en dat het echt ging werken, maar zo voelde al dat geploeter de eerste weken niet. Toen ik echter vorige week een vrij technische 6a ingestuurd werd, met aan het eind acht loodzware passen in een forse overhang, ontdekte ik eindelijk het verschil!

Deze route had ik al vaker geklommen, maar de overhang werd mij in al die gevallen al na één pas de baas. Werd, ja. Want wie schetst mijn verbazing: vijf weken klimtraining en zes van de acht zware passen lukten! Toen ik deze week ook een 6b redelijk aan kon, die ik al twee keer eerder in het trainingsschema was tegengekomen en die toen heel lastig bleek, begon de frustratie af te nemen en de lol toe.

Ik ben alleen bang dat ik nu volgende week een overhangende 6c voor mijn kiezen krijg...

zaterdag 7 februari 2009

nog meer klimmen en vrouwen

klimster in dave
Marieke vraagt, op de NKBV-plek van dit blog en in een reaktie op mijn blogje over het Immink-initiatief, waarom vrouwen niet gewoon een voorbeeld nemen aan de mannen, die toch heel goed laten zien wat er allemaal mogelijk is.

Ik vind dat ze een goede vraag stelt, en geef in mijn reaktie weer waarom ik dat vind en waarom ik het Cima Immink-initiatief wel zie zitten. Omdat de lezers hier deze commentaren niet zullen lezen, plaats ik mijn antwoord hier als 'echte' blogpost, waarvan akte.

Ik weet het antwoord op Mariekes vraag niet, maar ik zoek hem wel. Mannen laten inderdaad uitstekend zien wat er allemaal mogelijk is, maar hoeveel voorbeeld zie je vrouwen daar aan nemen, gerelateerd aan het totaal aantal vrouwen dat klimt, maar zich niet van de ambitieuze kant laat zien?

Ik hoorde van Miriam Knepper dat de vrouwen in het alpine kader van de nkbv dun gezaaid zijn. Vrouwen doen, net als mannen, van alles lekker samen (o jee, daar hebben we de viva...), maar samen op expeditie, ho maar. Berggidsen zijn bijna uitsluitend mannen. De uitzendingen van de laatste jaren door de NKBV naar internationale (jeugd-)evenementen waren allemaal mannen (en waarschijnlijk niet omdat de NKBV discrimineert).

Dat roept dezelfde vraag op als Marieke stelde: waarom nemen vrouwen geen voorbeeld aan de mannen?

Misschien is het omdat vrouwen het echt niet ambiëren, omdat ze het niet leuk vinden en omdat ze allerlei andere dingen oprecht belangrijker vinden. Dat zou kunnen. Misschien is het, omdat vrouwen anders leren dan mannen (ook dat is een psychologisch gegeven), en de bestaande 'trajecten' voor vrouwen niet aanspreken. Of misschien komt het doordat mensen zich nu eenmaal makkelijker identificeren met rolmodellen van de eigen sexe. Ik weet het niet precies en het zou natuurlijk goed kunnen dat de oplossing helemaal niet ligt in het belichten van de verrichtingen van de meer ambitieuze vrouwelijke klimmers en dat de aanwezigheid van een netwerk van vrouwen niet helpt om klimsters met ambities te inspireren en ondersteunen.

In ieder geval zullen lang niet alle vrouwen die meer willen zich aangesproken voelen door het intiatief en dat hoeft ook niet. Er zijn vele wegen die naar Rome leiden.

Maar ik geloof niet dat een netwerk van vrouwen die meer willen in de bergen kwaad kan. Ik geloof niet dat het kwaad kan een plek te hebben waar voorbeelden kunnen worden aangedragen en waar anderen ervaringen hebben waar juist vrouwen tegenaan kunnen lopen. En daarom ondersteun ik het initiatief van harte.

Ik nodig jullie van harte uit om hieronder, of in de commentaren bij het NKBV-blog je reaktie te geven.

klimmende vrouwen...

Ok, de reden die hier wordt aangevoerd voor meer vrouwen in de klimsport ligt meer in de lijn van Bas (zie reakties), maar het zijn hoe dan ook super mooie plaatjes, kijk maar: climber girls rock. Toch ook wel inspirerend, of?

donderdag 5 februari 2009

vrouwen en klimmen

Jeanne ImminkAfgelopen zaterdag was ik in MONK in Eindhoven voor de (eerste?) Jeanne Immink Tribute Day. Deze dag werd georganiseerd door een groep vrouwen die zich verbaast over de geringe aanwezigheid van vrouwen in met name het alpine klimmen en over het kleine aantal initiatieven dat door vrouwen genomen wordt om elders in de wereld gebieden te exploreren.

Ik kreeg in november een uitnodiging hiervoor en had gemengde gevoelens. Aan de ene kant was ik bang dat deze dag een hoog viva-gehalte zou krijgen, tuttigheid troef. Bovendien zit ik op mijn werk al in een bijna compleet vrouwelijke omgeving. Dat maakt dat ik het helemaal niet zo erg vind dat in mijn vrije tijd de mannen wat in de meerderheid zijn. Aan de andere kant herkende ik direct, zowel uit het dagelijks leven om me heen als bij mezelf, dat vrouwen zich vaak door een innerlijke stem laten tegenhouden, waar mannen er gewoon voor gaan.

Er is al veel gezegd over verschillen tussen mannen en vrouwen. Het zijn natuurlijk allemaal generalisaties, maar als je ze leest als een tendens die nu eens wat zwaarder, dan weer wat lichter uitvalt, zijn ze vaak heel herkenbaar. Deze vind ik persoonlijk heel treffend:

Er gaat iets mis.
De vrouw: "Wat doe ik verkeerd?
De man: "Het materiaal deugt niet."

Tendens: veel vrouwen hebben de neiging om oorzaken van mislukking eerst bij zichzelf te zoeken, veel mannen om die oorzaken eerst buiten zichzelf te zoeken.

Een andere treffende, die ik ook herken (hoewel niet helemaal in de context waarin hij gesteld is):
Promotie op het werk: voor mannen bestaat de neiging hen net zo lang te bevorderen, tot ze op een plek zitten waar ze niet meer goed functioneren. Voor vrouwen bestaat de neiging hen eerst te laten bewijzen dat ze iets kunnen, voordat ze gepromoveerd wordt naar een functie waarin ze die kwaliteiten nodig hebben.

Tendens: veel vrouwen hebben de neiging dat ze eerst iets willen kunnen, voor ze er zelfstandig aan beginnen. Mannen doen het gewoon en zien wel waar het schip strandt. Dit laatste in combinatie met de neiging om de schuld van eventuele mislukkingen aan het materiaal of de omstandigheden te wijten, maakt dat mannen het toch wat makkelijker hebben om iets op touw te zetten naar onbekend terrein.

Deze tendenzen zijn natuurlijk allebei niet heel erg bevorderlijk voor het ontstaan van de meer ambitieuze klimactiviteiten van vrouwen. Hoog tijd dat de voorbeelden van zelfstandig opererende klimsters, die er heus zijn, wat extra belicht worden, zodat vrouwen die zich zouden willen laten tegenhouden door die innerlijke stem, zien dat er wél van alles mogelijk is. En dát is nu precies wat de initiatiefneemsters van deze Jeanne Immink Tribute Day beogen.

Ik kijk terug op een bijna onverwacht leuke dag. In de trein naar huis zei een andere klimster, die ik tijdens de dag had leren kennen, dat het haar niet zou verbazen als dat voor veel van de aanwezige vrouwen gold.

Natuurlijk konden we boulderen, dé sociale klimactiviteit bij uitstek, maar ook waren er verschillende heel inspirerende praatjes: Harry Muré sprak over Jeanne Immink, Miriam Knepper vertelde op enthousiasmerende wijze over haar alpine 'carriere' in het algemeen en over de expeditie naar de Manaslu die door Katja Staartjes georganiseerd was in het bijzonder en de zes deelneemsters van de enige Nederlandse vrouwenexpeditie tot nu toe naar de Himalaya (in 1988!), gaven een dialezing, die aan girlpower niets te wensen overliet.

Ik heb een paar ideeën gedropt bij de organisatie en die werden warm ontvangen. Wie weet hoort u binnenkort meer.

(Het plaatje is afkomstig van de voorkant van het boek van Harry Muré over Jeanne Immink)

zaterdag 24 januari 2009

groene voornemens

Het nieuwe jaar is al een tijdje op weg, maar wie heeft voor de goede goede voornemens een nieuw jaar nodig?

Op het weblog van Patagonia (ja, inderdaad, die van de kleding) verscheen begin januari een lijstje dat ik graag met jullie wil delen: Nine Green Resolutions for 2009. Het lijstje, een van de velen die in die weken op diverse blogs verschenen, maakte indruk op mij om twee redenen.

De meeste van deze negen voornemens zijn helemaal niet zo moeilijk te nemen. Sommige zijn mij zelfs heel bekend: ik koop bijvoorbeeld zeer zelden flesjes met water als er op een andere manier water te krijgen is en ik heb in mijn tas altijd een opvouwbaar tasje zitten om onderweg gekochte boodschappen in te doen. Kijk er ook eens naar, misschien zit er ook voor jou iets tussen wat je al doet en wat je alleen nog maar hoeft aan te scherpen.

Het tweede dat indruk op mij maakte, was het team dat bij Patagonia is gevormd uit medewerkers. Ze verzamelen tips om schade aan onze natuurlijke omgeving te kunnen beperken en deelt deze tips met de andere medewerkers. Maar misschien is dat wel helemaal niet zo gek voor een onderneming met werknemers die graag in de buitenlucht vertoeven.

Ik heb me naar aanleiding van dit lijstje, of eigenlijk naar aanleiding van wat in de commentaren genoemd wordt, voorgenomen me dit jaar meer te bekommeren om zwerfvuil. Regelmatig is op de plekken waar ik wandel of klim wel wat achtergelaten dat ik makkelijk even mee kan nemen. Het is iets wat ik in de bergen al doe: als ik onderweg iets zie zwerven, neem ik het mee. Ok, niet helemaal mee tot in het dal, zoals met mijn eigen vuil, maar toch.

Het lijkt me leuk om te weten of een van jullie, lezers van mijn blog, ook geïnspireerd raakt door dit lijstje, of beter nog: of een van jullie zelf iets eenvoudigs heeft, wat hij/zij toch al doet om onze 'impact' op de natuurlijke omgeving te verminderen. Laat het horen via de reakties hieronder, dan maak ik er een lijstje van in een van mijn volgende blogs.

vrijdag 23 januari 2009

ziek

thermometer
Afgelopen zaterdag had ik geïnspireerd twee postjes geschreven en in de wachtrij van Blogger gezet. Automagisch verscheen op de door mij gekozen datum en tijd, namelijk zondagavond, het eerste postje op mijn blog. Alleen ik had het niet meer door; koorts en verkoudheid hadden mij inmiddels een tamelijk nevelig hoofd gegeven.

Ik hoor bij die mensen, die zelden ziek zijn. Ik ben zo eens in de anderhalf jaar eens een dagje heftig verkouden of heb last van maag en darmen, misschien met wat verhoging erbij. Dat kost me dan nog een dagje uitzieken en het is weer over. Eigenlijk was ik helemaal vergeten wat dat ook al weer was, ziek zijn. Daar moest maar eens verandering in komen, had zich iets of iemand bedacht en dus begon ik afgelopen zondag met het mij wel bekende dagje verhoging en fikse hoest, maar in plaats van twee dagen later weer aan het werk te zijn, lag ik dinsdag als een zielig vogeltje met koorts op de bank televisie te kijken, spelletjes te doen op mijn iPhone en vooral heel veel te slapen. Hmm.

Op de iPhone kan ik ook blogs lezen en ook mijn eigen blog komt daar op de RSS-reader binnen. Ik was helemaal verrast dat er maandagochtend een postje op mijn blog verscheen, zonder dat ik daar iets mee te maken leek te hebben gehad! Met mijn ziekige hoofd duurde het even voordat ik begreep dat het postje over de schoenen zichzelf de avond ervoor gepost had, precies zoals ik had bedoeld.

Ik was nog wel levendig genoeg om het blogje nog even te kopieren naar de NKBV, maar toen viel het doek dan toch echt. De reakties die gegeven werden, waren niet meer aan mij besteed en toen deel twee op nanskesklimlog.nl verscheen, wederom geheel buiten mij om, moest het NKBV-blog afwachten tot ik weer een beetje toe was aan rechtop zitten, op woensdagavond.

Vanochtend werd ik voor het eerst sinds zondag zonder verhoging wakker, een heel nieuwe ervaring, maar mijn lichaam bevindt zich nog helemaal in de herstelfase; tot erg veel actie is het niet bereid.

Wel een beetje jammer: vorige week was ik net gemotiveerd van start gegaan met intensieve klimtraining. Ik kan natuurlijk net doen alsof volgende week mijn tweede week ingaat, maar van de training van vorige week is waarschijnlijk niet veel meer over. Het is vast beter om maar opnieuw te beginnen en vorige week als een soort opmaatje te beschouwen. Niet zo handig, want de groep gaat natuurlijk wel gewoon verder. Maar eens even over hebben met de trainer.

Het plaatje komt van http://www.edupics.com/

maandag 19 januari 2009

review: evolv elektra

Evolv Elektra
Ik moest dus op zoek naar nieuwe schoentjes. Mijn lekkere Mammuts waren versleten en op de interim-slofjes kon ik eigenlijk niet fijn uit de voeten. Voor het eerst wist ik goed wat ik wilde:

-zo mogelijk velcro's (schoenen met klittenbandsluiting), omdat die makkelijk aan en uit te trekken zijn
-een zool waarop ik druk durf uit te oefenen
-zo min mogelijk verschil in gevoel tussen rechts en links.

Toen we in november een dagje in Monk waren, heb ik een van de rustpauzes besteed aan het bestuderen en uitproberen van het assortiment klimschoenen dat Monk voert. Het voordeel van Monk: het 'uitprobeerwandje' beslaat de hele hal :-)

Ik weet helaas niet meer precies welke schoenen ik allemaal geprobeerd heb. Ik heb namelijk eigenlijk niet getwijfeld. Toen ik een paar Evolv Elektra's aantrok, sloten ze om mijn voeten alsof ze op maat gemaakt waren. Rechts wat strakker dan links, maar rechts zonder pijn en links zonder speling. Huh? Dat kon?

Ik probeerde de schoenen uit op een paar lage treden. Ik glipte vrijwel direct van een klein treetje af, precies zoals drie jaar geleden met mijn Mammuts gebeurd was, die ook een soepeler zool hadden dan de schoenen die ik op dat moment gewend was. Maar toen ik wat meer gewicht en druk op mijn tenen overbracht, sloot het rubber van de Evolvs zich om het aflopertje waarop ik mijn zinnen had gezet, alsof er een kommetje op maat in de zool zat. En ik bleef staan. De test met een wat lastiger kleine-treetjes-boulder die ik eerder op de dag al gedaan had, doorstond de schoen ook glansrijk. Ik heb nog een maat groter en een maat kleiner geprobeerd, en nog wat andere schoenen uit de shop, maar dat was meer voor de vorm. Ik kon me niet voorstellen dat het nog beter zou worden dan dit, en dat werd het dan ook niet.

De website van Evolv zegt over de Elektra:

"The ELEKTRA combines the benefit of a comfortable multi-purpose shoe and the convenience of a hook-and-loop fastener performance shoe. With the feel of a sensitive slipper, the ELEKTRA will smear on any slick sloper or stick on overhanging faces while being comfortable enough to wear on long multi-pitch routes or gym marathon-training sessions. Narrow, low profile foot climbers and women climbers of all abilities and styles will truly appreciate these shoes after just one hour with them. The ELEKTRA is a must-have for every climber who wants a comfortable shoe that fits and performs superbly out of the box."


Ik kan dit alleen maar beamen (behalve dan het stukje over het buiten klimmen, want ik ben nog niet bij de rotsen geweest). Een heerlijke, comfortabele schoen, met een fijne, soepele zool, die alles lijkt aan te kunnen wat ik aankan. En die past, alsof hij op mijn voeten is gemaakt.

Nou, ok. Één klein dingetje dan. De hiel is behoorlijk ruim en dat is vooral bij de linkervoet te merken. Een heel precieze heelhook is hierdoor moeilijker geworden met deze schoen; ik heb in twee routes die ik wel kon op mijn andere schoenen nu een beweging zitten die ik niet meer kan. Maar ja, aangezien die wijde hiel ervoor lijkt te zorgen dat mijn rechtervoet net dat beetje extra ruimte heeft, wat zou ik dan klagen?

Zou het Evolv rubber voor verzolen in Nederland leverbaar zijn?